Damcombinatie Fryslân veel te sterk in slotronde: 5-15

Tegen de bovenste teams van de Hoofdklasse wist het eerste van DCH dit
jaar geen potten te breken. Er werd zonder uitzondering met ruime
cijfers verloren, zo ook tegen Damcombinatie Fryslân die tweede werd in
de Hoofdklasse A. De nederlagen zijn een verbeterpunt voor volgend
seizoen om verder te groeien. De moeite waard om aan te werken, want DCH
1 eindigde op het gemiddelde en werd overtuigend eerste in ‘het rechter
rijtje’. Daarmee toonde het team aan volwaardig mee te kunnen draaien in
de hoofdklasse.

Tegen Fryslân ging het al snel in de wedstrijd mis. Fred Elgersma
speelde een ongelukkige partij tegen Willem Leijenaar. Die durfde een
kettingstelling wel aan nadat de zwartspeler had opgebouwd met 6-11.
Nogal wat lichte combinaties speelden zwart parten om de omstrengeling
te vervolmaken. Het kwam zelfs tot een heel snel gedwongen offer voor de
zwartspeler. Leijenaar gaf de zwartspeler in het vervolg niet de
gelegenheid om zich te herstellen. Met even sterk en logisch spel voerde
hij de partij naar winst.

Invaller Wouter Foppen was de tweede die een nederlaag moest incasseren.
In een partij volgens klassieke structuren boekte witspeler Jan Algra
een voordeel door de lange vleugel te beheersen terwijl de zwarte schijf
op 4 buitenspel dreigde te komen. Wouter kwam deze moeilijkheden niet
meer te boven. De witspeler dwong schijf- en partijwinst af.

Toen ook nog de derde partij verloren ging was het pleit al snel
beslecht, en moesten hoopvolle telefoontjes uit Huissen (waar het tweede
nog hoop had op een tweede plek) negatief beantwoord worden. Tegen Taeke
Kooistra zette zwartspeler Henry Offenga een voortvarende
flankcentrumaanval in, maar wit op zijn beurt had duidelijk omsingelend
grip op de stand. Zwart bracht op gedurfde wijze schijf 5 in het spel.
Een zeer spannende fase volgde. Zwart wist ook de korte vleugel actief
te maken, maar in het achterveld waren enkele zwakke plekken zichtbaar.
In de partij kreeg wit de kans deze bloot te leggen en knap een
doorbraak af te dwingen.

Egbert van Hattem slaagde er in het eerste punt voor de Harderwijkers
binnen te halen. Hij had in zijn eerste partij van dit seizoen met wit
de opening voorbereid, maar de zwartspeler wist hem op de eerste zet al
te verrassen. Er volgde een spannende flankpartij waarbij de zwartspeler
telkens soepel de problemen wist op te lossen. Deze kwam als positionele
winnaar uit de strijd, maar wit wist met de nodige moeite de schade te
binnen de perken te houden.

Kees de Jong boekte een prima resultaat door Gerlof Kolk op remise te
houden. Een mooi spelbeeld ontstond met de zwarte schijf op 15 en een
witte op 35. Na een originele afwikkeling – waarbij via damgeven en een
damvangst tien schijven van het bord verdwenen – slaagde de witspeler er
prima in de overgebleven zwarte aanvalsdrift in bedwang te houden.

Jan Hendrik Kok had het moeilijk met het offensieve spel van witspeler
Oege Dijkstra en moest toezien hoe zijn lange vleugel in een passievere
stand onvoldoende meedeed. De witspeler stuurde gedecideerd aan op een
flankcentrumaanval waarbij Jan Hendrik aasde op een net van combinaties.
De zwartspeler kon geen weg vinden om alle combinaties er in te houden.
De witspeler had goed gezien dat hij vroeg of laat 39-33 door kon zetten
om zijn aanval de laatste beslissende versnelling te geven.

Niek Kuijvenhoven vond een koelbloedig spelende Hans Zondervan tegenover
zich. Hoewel de witspeler op enig initiatief mocht bogen bleef de
zwartspeler op z’n post en concentreerde zich op zijn eigen compacte
stand. Ook in het spannende klassieke afspel wist hij de juiste afslagen
te nemen met een goede remise voor de Fries als resultaat.

Ruurd Wuestman kwam in zijn partij tegen de sterke Sjoerd Huitema knap
tot kansrijk spel tegen de zwarte lange vleugel. Even leek hij de winst
voor het grijpen te hebben toen zwart naar veld 35 vluchtte en wit wel
heel gevaarlijk op kwam zetten. Na afloop toonde Ruurd zelf aan dat een
schijnbaar beslissende doorbraakmanoeuvre, die hem werd voorgehouden, er
niet in bleek te zitten.

Gerwin van der Meer liet tegenstander Bastiaan Hollander een flankaanval
pakken, in de hoop toe te slaan als wit te ver zou gaan. Met een mooi
gevonden tijdelijk offer nam zwart de aanval inderdaad over, en nestelde
zich splijtend in het centrum. Helaas had wit de beschikking over een
doorbraak ten koste van een schijf op de rechterflank en kwam het niet
tot een serieuze winstpoging.

In de laatste partij moest Jan Willem Hoeve zijn meerdere erkennen in de
Friese topscorer van het seizoen, Douwe Edelenbos. In de opening mocht
wit aanvallen over rechts maar moest wel een achtergebleven schijf op 41
op de koop toenemen. Dit loste wit op door naar veld 16 te vluchten. Na
een intermezzo bleek de zwartspeler in een onoverzichtelijke stand
duidelijk behendiger. Hij pakte de aanval en boekte een mooie
overwinning, eindstand: 5-15.

Goede overwinning op het Friese DCH: 8-12

In Heerenveen won het eerste ondanks de afwezigheid van Niek
Kuijvenhoven met 8-12. Daarmee lieten de Harderwijkers zien in de
breedte sterk te zijn en over voldoende winstpotentie te beschikken.

In de wedstrijd tegen Heerenveen werd de ban al snel gebroken door Jan
Hendrik Kok. Hij profiteerde op creatieve wijze van de zwakke binding
tussen rand- en centrumschijf bij tegenstander Martin Boersbroek. De 2
om 3 kostte wellicht een kort moment een schijf, maar na terugvordering
was een tweede schijfverlies voor zwart onontkoombaar. Een lekker begin
van de middag met een vroege 0-2 voorsprong was een feit.

René Schaafsma bracht de Harderwijkers helemaal in polepositie, door in
een explosieve stand de winst naar zich toe te trekken tegen Oscar
Veltman. Die nam met zwart de nodige risico’s. Hij probeerde met een
centrumaanval de witte stand te splitsen maar de witte formaties bleken
veel te sterk daarvoor. Een waarschijnlijk als tijdelijk offer gedachte
spelgang bleek van geen kant te kloppen want wit vond een andere zwakte
in de zwarte stelling en combineerde verwoestend naar dam.

Niet alles verliep volgens plan bij de Harderwijkers. Fred Elgersma
zette de voorpost van Tjipke Smedinga vol onder druk, maar deze
verdedigde zich handig en onconventioneel. Zelfs een gelijktijdige
bezetting van 35 en 24 leek door de beugel te kunnen. Toen wit op het
punt stond de stellingen te normaliseren dacht Fred toch de zich
voorgestelde schijfwinst te pakken. Maar hij kwam bedrogen uit omdat wit
vernietigend naar dam combineerde.

Het werd zelfs gelijk toen Kees de Jong zijn meerdere moest erkennen in
Johan Teake Dekker. De sterke Fries is in volle voorbereiding op een
wereldrecordpoging kloksimultaan-dammen en lijkt goed in vorm. In een
kleurrijke partij trok de zwartspeler aan het langste eind. Hij liet
zien dat zijn korte vleugel sterker was dan het centrum van wit. In een
poging alle schijven bij te trekken verraste de zwartspeler Kees met een
paar kleine tactische trucs en een welgeplaatst offertje: 4-4.

De gelijke stand was van korte duur want Gert-Jan Hoeve overklaste zijn
tegenstander Henk Hosper met fraai centrumspel en een welgeplaatste
doorbraak door de korte vleugel van zwart die kansloos verloor. Ruurd
Wuestman leek zich bij de overwinnaars te scharen nadat hij met twee
fijnzinnige schijnoffertjes het centrum had veroverd en vervolgens vrije
doorloop richting damlijn creëerde. Een nog iets nauwkeuriger
winstvoering was nodig geweest om de volle twee punten binnen te halen.
In de partij slaagde de slimme Sipke Doller erin om zwart alsnog in
verlegenheid te brengen met een eigen doorbraakdreiging. Ruurd moest
enkele zetten later in remise berusten.

In zijn partij tegen Wim van der Molen ging ook Gerwin van der Meer vol
voor de winst. Na onorthodox openingsspel bleef de zwartspeler met veel
schijven op de lange vleugel zitten, reden voor Gerwin om zich met wit
een kortevleugel-opsluiting te veroorloven. Met fraai spel drong hij
vervolgens aan op doorbraak aan de andere bordrand. Van der Molen
speelde echter koelbloedig verder en wist de schade binnen de perken te
houden.

Ook de partij tussen Johnny Modderman en Egbert van Hattem eindigde in
remise. De zwartspeler probeerde de witte voorpost te isoleren door een
sterk centrum op te bouwen. Maar de witspeler speelde de aanval
onverwacht soepel. Wat volgde was een klassiek afspel. Net toen de
zwartspeler weer in winstkansen durfde te gaan geloven werd hij
onaangenaam verrast. Dan had hij wel 43 … 1318 moeten spelen want in de
partij volgde een ijzersterk offer dat hij totaal had overzien. Er zat
voor de zwartspeler – die zich nog zo had voorgenomen een sterke tweede
partijhelft te spelen – niet anders op dan de schade te beperken. Dat
lukte gelukkig goed, mede omdat wit niet zijn beste kansen waarnam.

De teamwinst werd een partij eerder dan gedacht veiliggesteld, door Jan
Willem Hoeve. Aize Plantinga verdedigde zich aanvankelijk goed tegen de
frontale centrumaanval van zwart, en brak zelf ook door richting
damlijn. Hoewel de stelling objectief remise was speelde de zwartspeler
nog even door want hij had nog een aantal verrassende handigheidjes in
petto. De witspeler bevond zich verrassend genoeg in een precaire
situatie waar een extra offer was vereist. In de partij trapte hij in
een eenvoudige afname van de dam.

Het twaalfde punt werd binnengehaald door Henry Offenga tegen de sterke
Sjoerd Koopman. Aanvankelijk speelde zwart netjes en verzorgd, maar toch
kwam wit gevaarlijk opzetten en dwong alsnog een flink voordelig
eindspel af. Henry toonde echter aan dat de witte schijven voortdurend
bedreigd konden worden en niet meer konden opstomen naar dam. Het eerste
staat nu op een verdienstelijke zesde positie in Hoofdklasse A met een
heuse plusscore van 11 uit 10.

Ruime thuisnederlaag voor DCH 1 tegen DIOS: 6-14

Met de teamopdracht om met gedegen spel DIOS Achterhoek langzaam maar zeker onder druk te zetten en kansen te verzilveren, gingen de spelers
van het eerste de wedstrijd in. Daar kwam weinig van terecht, en bovendien bleek het krachtsverschil te groot. De Harderwijkers gingen er hard af en verloren met 14-6.

De eerste nederlaag was geen verrassing en enigszins ingecalculeerd. Joras Ferwerda verloor al spoedig van grootmeester Alexander Presman. De sympathieke Apeldoorner, geboren in Minsk, wist met een scherpe zet in
een scherpe stand de partij vroegtijdig te beslissen. De spelers hadden de partij nietsontziend opgezet en namen beiden een korte vleugel opsluiting in. Dat ook zwartspeler Joras daarin kansen had, liet Presman op Toernooibase zien. De Witrus gaf een verrassende lokzet voor zwart aan. Als wit te vroeg zou toehappen zou een verrassende slagwending hem fataal zijn geworden. Maar zover kwam het dus niet: 0-2.

Al snel volgde een tweede nederlaag. Jan Willem Hoeve nam in het vroege middenspel een ongelukkige beslissing waardoor zijn witte stelling gespleten raakte. Dmitri Druzini speelde zo scherp mogelijk verder en toonde met een goed getimede actie richting het kerkhof aan dat de witte
stelling echt niet meer in evenwicht was. Nadat de stellingen waren ‘uitgespeeld’ moest wit op de 48e zet met een bord vol schijven offeren.

Henri Offenga zat met zwart op een ‘kansbord’ maar slaagde er niet in om
het Theo Stoverinck echt lastig te maken. Wel tot winst kwam Egbert van Hattem tegen Frits Zegelink. Na een prettige opening voor zwart dacht
Zegelink een hele poos na. De zet waarmee hij kwam (23.26-21) verraste
de zwartspeler totaal. Na de nodige twijfels te hebben overwonnen deed
zwart toch maar gewoon wat er van hem verwacht werd: het positionele
voordeel verder uitbouwen. Toen volgde verrassing twee: wit zette toch
de slagwending in die zwart juist had uitgesloten. Zwart sloeg zoals hij
van plan was met in zijn achterhoofd de gedachte: als ik verlies, verlies ik in ieder geval mooi. Gelukkig bleek de wending voor wit inderdaad niet te kloppen. Misschien had hij gedacht altijd rond te slaan of een beurt over te mogen slaan? Zwart kwam een schijf voor maar moest in het vervolg rekening houden met een woud van slagjes naar dam. Egbert slaagde er in een elegante winstgang te vinden met een terugoffer, een ‘handlanger’ op de achterlijn van wit, en een fraaie damvangst tot slot.

René Schaafsma slaagde er ook niet in om het zijn tegenstander moeilijk
te maken. Integendeel. Tegenstander Bert van Oosterom speelde in alle opzichten een geslaagde flankcentrum partij. Wel vond René een goede weg
naar remise. Gert-Jan Hoeve speelde lange tijd een perspectiefrijke aanval tegen Cor Westerveld, maar in het vroege middenspel ging er veel mis. Zwart kwam gevaarlijk opzetten op de lange vleugel van wit en plaatste bovendien een paar krachtzetten die wit in verlegenheid brachten. De tegenaanval van wit leek voldoende maar winst was niet meer mogelijk. Er kwam zelfs helemaal geen goede zet meer uit de vingers van de witspeler die daardoor verloor.

De gifbeker was nog niet leeg. Er volgden nog twee verliespartijen. Jan
Hendrik Kok heeft een moeilijk seizoen en zit in de hoek waar de klappen
vallen. Tegen Arnoud de Greef zette hij de partij met grote ambities maar ook met grote gevaren op. De moed zou zich hebben uitbetaald als hij nog een laatste wachtzet had durven spelen, zoals Alexander Presman op Toernooibase liet zien. In de partij zocht wit vroegtijdig speelruimte, door een afwikkeling in gang te zetten die hem echter op schijfverlies kwam te staan. De Greef speelde de partij vaardige en resoluut naar winst.

Even daarvoor had Kees de Jong zijn meerdere moeten erkennen in Erik ten
Hagen die de laatste jaren goede progressie doormaakt. De witspeler
toonde een mooie strategie, waarbij hij zwart terugdrong en het centrum
in bezet dreigde te nemen. In de partij kwam het tot een omklemming van
de zwarte schijf op 22, met dramatische gevolgen.

De twee overige partijen eindigden in remise. Gerwin van der Meer bleef
knap op de been tegen halve finalist Han Seinhorst die na een grote fout
van wit in het middenspel een schijf wist te winnen. Gerwin speelde stug
door, gebruikte zijn formatie en toonde aan dat de schijven van zwart net niet helemaal prettig stonden. De zwartspeler koos vervolgens voor een plakker naar dam, maar wel met een schijf achterstand. Ook hier toonde Presman een winst aan, maar die had van ver moeten komen. In de partij kon zwart zijn vier stukken niet allemaal meer op het bord houden, met remise als resultaat.
Ruurd Wuestman speelde weer een sterke tweede partijhelft. Hij organiseerde een goede verdediging op de lange vleugel, en kwam vanaf de
andere bordrand sterk opzetten door het centrum. Er waren zekere winstkansen, maar Ruurd wist die in het macro-eindspel niet te verzilveren.
Ook hier liet Presman op Toernooibase een fraaie winstgang zien met vier
dammen die fraai van het bord verdwijnen.

DCH 1 staat veilig en wel in de middenmoot met 9 uit 9, maar heeft ook
geen uitzicht meer op een ereplaats. Het woord is nu aan de spelers van
het tweede die strijden om het kampioenschap en promotie naar de Eerste
Klasse. Daarom: toi toi en hup hup voor DCH2!

Geen kans tegen Lunteren uit: 13-7

Dammen in Lunteren was voor sommige dammers een reis terug in de tijd. Het clubgebouw nog steeds op dezelfde plek als pakweg 35 jaar geleden,
naast de voetbalvelden onder de bomen. Bekende gezichten, maar ook jonge
talenten. Want dat was ook hetzelfde gebleven: in Lunteren wordt altijd goed gedamd.

De eerste die dat ondervond was Jan Willem Hoeve. Hij koos een zo solide mogelijke centrumflank aanval met wit tegen de sterke Peter Hoogteijling
die compact tegenspeelde en loerde op de witte lange vleugel die nog niet goed meedeed. Jan Willem vertrouwde zijn ietwat ‘scheve’ stand niet helemaal en vluchtte met een twee om twee naar veld 16. Maar ook daar voelde Jan Willem zich blijkbaar niet comfortabel want hij trapte in een
dammetje.

Niet veel beter verging het Jan Hendrik Kok die tegen ongeveer hetzelfde ratingverschil moest opboksen. Met wit ging hij er vol voor tegen Erwin van Hierden en koos voor de hem vertrouwde Roozenburg-structuren. Tot een fijne aanval kwam het echter niet en in een bloedstollend middenspel was lang de vraag wie wie zou gaan omklemmen. Zwart controleerde uiteindelijk de witte korte vleugel. Jan Hendrik dacht zich enigszins te bevrijden en bood de zwartspeler een duivelse slagkeuze aan. Van Hierden rekende scherp en toonde aan dat de witte slagwendingen naar dam veel te
duur waren. Zo stond het eerste al snel met 4-0 achter.

Niek Kuijvenhoven kon daar geen verandering in brengen. Hij moest ervoor
waken dat Henk Klarenbeek vanuit de klassieke structuren niet tot een grote aanval zou komen, waarbij Nieks hoop gevestigd was op de achtergebleven zwarte schijf op 15. Het lukte allemaal net aan. Met een slimme volgorde van zetten en goed gebruikmakend van de plakmogelijkheden kwam het op z’n pootjes terecht.

De achterstand werd alleen nog maar groter toen Egbert van Hattem verloor van de Stijn Overeem die in de persoonlijke wedstrijden nog volop in de slag is voor een plaats in de finale van het NK. Tot zijn niet geringe irritatie moest Egbert toezien hoe wit na een gedurfde bezetting van het centrumaanvalsveld 23 toch tot een prettige ‘gewone’ aanvalsstand kwam. De zwartspeler probeerde de witte ontwikkeling van de lange vleugel zolang mogelijk te blokkeren maar had er weinig vertrouwen in dat dat de hele partij zou lukken. Het duurde desalniettemin prettig lang voor het zover was, maar een sterke centrumzet van wit had hij niet goed ingeschat. De geplande tegenactie (37 … 12-17) faalde op een damzet met een geniepige stopschijf. Toen bleek dat ook een vangstelling geen soelaas zou bieden dacht zwart de zaak op te lossen met een tijdelijk offertje. Maar dat bleek van geen kant te kloppen. De enige mogelijkheid om schijfverlies te voorkomen (maar wel met een beroerde stand) was geweest om de witspeler te helpen met de ontwikkeling van zijn korte vleugel. Daar kwam de zwartspeler niet op en hij verloor kansloos.

Fred Elgersma deed het beter in een spannende partij met veel wisselende
spelbeelden tegen Paul Wijninga. Beide spelers hadden de verre randvelden 15 en 36 bezet. Fred slaagde erin de stand voldoende centraal neer te zetten. Ondanks dat wit nog aandrong kwam er door zorgvuldig spel een gelijkwaardige puntendeling uitrollen. De Harderwijkers moesten nog een vierde nederlaag incasseren. Jaap van de Werfhorst slaagde er niet in om het consequente aanvalsspel van Laura Timmerman te weerleggen. Met wit voerde ze het afspel met vaste hand naar winst.

De tussenstand zag er belabberd uit: 10-2. Het werd dan ook niet meer echt spannend. Ruurd Wuestman speelde een sterke partij tegen Arjen Timmer en slaagde er in de tweede wedstrijdhelft in het voordeel naar zich toe te trekken met een goed getimede actieve zet 42.28-22. Toen hij twee zetten later nogmaals naar 22 ging moest zwart met een paar kleine combinaties rekening houden. Met wat kunst en vliegwerk vond zwart de weg naar remise. Het witte voordeel bleek te klein. Wel tot winst kwam Gerwin van der Meer die met een sterk seizoen bezig is. Mark Sanders kwam met wit met een zware korte vleugel te zitten omdat zwart de bezetting van 24 door wit meteen door een tegenaanval in het centrum liet volgen waarbij wit tegen de lege velden op 46, 49 en 50 aankeek. Het noodruiltje waarmee wit kwam verslechterde de toestand alleen maar. Gerwin speelde technisch fraai naar winst.

De eindstand werd 13-7 na de remises van Kees de Jong tegen Harmjan Lammers en Joras Ferwerda tegen Arwin Lammers. In de eerste partij kwam
Lammers met veel geduld, en met wat hulp van zijn tegenstander, toch tot
een fijne aanval. Kees liet zich echter niet van de wijs brengen en vond een afdoende verdediging.

Joras zag tegenstander Arwin Lammers vervaarlijk oprukken tegen zijn korte vleugel terwijl een tegenaanval aan de andere bordrand lang op zich liet wachten. Met een dure doorbraak, sterk spel en een beetje geluk, sleepte Joras de remise binnen. Zo had het eigenlijk op alle borden gemoeten, maar de dammers van Lunteren waren te sterk en horen in de Ereklasse thuis. Dat gaat ze vast lukken.

Goede overwinning op Huizum, DCH 1 op de vijfde plaats

Zonder de sterspelers Rein van der Pal en Erwin Heslinga bleek DC Huizum
in Harderwijk niet opgewassen tegen ons eerste. DCH boekte een regelmatige overwinning, zij het met het kleinst mogelijke verschil, en klom op naar plaats vijf in de Hoofdklasse A.

De wedstrijd tegen Huizum begon met twee remises. Fred Elgersma speelde
met een sterk centrum tegen Tjalling van den Bos maar het evenwicht werd
in deze partij niet echt verbroken. Egbert van Hattem kende een moeilijke opening tegen Sietse Nagel. De witspeler ging echter niet vol voor eigen kansen (17.40-35) maar dook met wit naar veld 15. In het vervolg stond juist zwart makkelijker, zeker toen wit ook nog naar veld 16 vluchtte. Blijkbaar was toen de energie van de zwartspeler op. Na een teleurstellende ruil ging hij niet meer voor de winst, en eindigde ook deze partij na 41 zetten. Ook Henry Offenga en Piet Bouma hielden elkaar in evenwicht, en René Schaafsma wist de gevaarlijke witte aanval van Jan Adema met een tijdig offer zo goed als te neutraliseren. Tussenstand: 4-4.

De eerste overwinning kwam op naam van Niek Kuijvenhoven. Hij kwam al
vlot op positioneel voordeel (doordat wit een ongelukkige binding aanging van 27 en29) maar voelde de hele partij de druk van de klok, omdat tegenstander Anne Piet Kooistra snel en actief bleef spelen. Maar een afgedwongen peperdure doorbraakcombinatie bleek teveel van het goede.

De wedstrijdoverwinning kreeg gestalte toen Gerwin van der Meer zijn ontsnappingskunsten weer liet zien. Hoewel zwartspeler Anton Schotanus
dreigend doorkwam en zeer snel naar dam liep, wist Gerwin het hoofd koel
te houden en ook de damlijn te bereiken. Een tweede zwarte dam was onvoldoende voor winstkansen tegen de witte dam en vijf witte schijven.

Jan Hendrik Kok beleefde een zware middag tegen Waylon Poot die het
initiatief in een wederzijdse flankpartij overtuigend naar zich toe wist
te trekken, mede door het ontbreken van de zwarte schijf op 2. Binnen
een paar zetten pakte wit het centrum erbij en wist de duimschroeven aan
te draaien. Met een sterk plan trok de witspeler de winst overtuigend
naar zich toe: 7-7.

Het grote pluspunt van deze wedstrijd was dat er door de Harderwijkers
winstkansen werden gecreëerd. Dat betaalde zich uit in het vierde en
vijfde uur. Jan Willem Hoeve had goede bordkansen in het klassiek-achtige afspel waarbij zwart last had van een achtergebleven schijf op 15 en zich toch op de een of andere manier door de korte vleugel van wit moest zien te wurmen. Die weg vond hij in de partij ternauwernood, en daarmee stelde hij de remise veilig.

Ook de stand van Ruurd Wuestman zag er zeer gezond uit. In een dunne
stand wist hij tegenstander Bart Visser nog tot het uiterste te dwingen,
door het centrum te veroveren en een snelle weg naar dam te vinden.
Hoewel de zwartspeler de lange lijn beheerste, zeer ver opgerukt was
naar een tweede dam en ook de diagonaal 47-15 nog met de dam bezette,
bleek winst niet meer mogelijk. Wit hield het hoofd koel en snoepte
zwart de vierde schijf op het laatste moment nog af.

Bij de derde florissante stand was het wel raak. Kees de Jong zat tevreden achter het bord en kroonde zich tot matchwinner. Na een lange aanvankelijk gelijk opgaande strijd, pakte hij de aanval tegen Marcel de Vries. Kees liet zien dat zijn kracht in de tweede partijhelft groot is. De eerst nog rustige flankcentrum stand groeide tussen de 40e en 50e zet aan tot stormkracht. Een zwaar offer moest eraan te pas komen voor zwart om door te breken. Hoewel de witte schijven schijnbaar kwetsbaar in het midden stonden bereikten ze door het zorgvuldige spel van Kees veilig de overkant.

December was een drukke maand op schooldam damgebied in Harderwijk !

Op 11 december verzamelden zich 12 teams uit groepen 5 en 6 om te strijden voor het welpen schooldamkampioenschap. Wolderweide 6A werd ongeslagen kampioen, 2e werd Alfons Ariens 6A en het brons was voor De Bron. De Veste 6 als nummer vier heeft zich ook geplaatst voor de Halve Finale van Gelderland (te houden op 11 januari a.s.). Alvast veel succes gewenst.
EINDSTAND WELPEN
1. Wolderweide 6A (13 ptn)
2. Alfons Ariens 6A (9 ptn, WP 56)
3. De Bron (9 ptn, WP 51)
4. De Veste 6 (9 ptn, WP 49)
– – – – – – – – – – – – – – – – – – – – – – – – – –
5. Alfons Ariens 5A (8 ptn, WP 54)
6. Alfons Ariens 6B (8 ptn, WP 53)
7. Alfons Ariens 5B (8 ptn, WP 46)
8. Wolderweide 5A (7 ptn)
9. Wolderweide 6B (6 ptn)
10. De Veste 5 (5 ptn)
11. Wolderweide 5B (2 ptn)
12. De Bogen (0 ptn).

Op 18 december meldden zich 11 teams van zeven scholen uit de groepen 7 en 8 voor hun strijd om het pupillen schooldamkampioenschap. De Fontanus won al hun wedstrijden, een terechte kampioen. Tweede werd Alfons Ariens 8a en derde Wolderweide 7a. De Bogen als nummer vier heeft zich ook geplaatst voor de Halve Finale van Gelderland (te houden op 11 januari a.s. in Harderwijk).
EINDSTAND PUPILLEN
1. Fontanus (14 ptn)
2. Alfons Ariens 8A (12 ptn)
3. Wolderweide 7A (10 ptn)
4. De Bogen (8 ptn, WP 58)
– – – – – – – – – – – – – – – – – – – – – – – – – –
5. Al Islaah (8 ptn, WP 50)
6. Alfons Ariens 7A (8 ptn, WP 49)
7. De Bron (6 ptn, WP 50, SB 25)
8. Alfons Ariens 7B (6 ptn, WP 50, SB 23)
9. Wolderweide 7B (5 ptn)
10. Alfons Ariens 8B (4 ptn)
11. De Veste (3 ptn).

En tenslotte op 30 december werd het persoonlijk schooldamkampioenschap gehouden, met als primeur voor het eerst ook een welpen kampioenschap! Alle kinderen van de scholen die zich hadden geplaatst bij de beste 4 teams kregen hiervoor een uitnodiging. En in totaal streden 9 welpen en 8 pupillen om de persoonlijke titels.
Bij de welpen werd Thom Groenen kampioen en bij de pupillen (na een super spannende barrage met Lucas en Stan) Rayan van der Sloot! Van harte gefeliciteerd allebei.
Maar alle deelnemers een compliment voor een geconcentreerde en sportieve middag.
EINDSTAND welpen
1. Thom (16), 2. Max (15), 3. Tijn (12), 4. Lise (11), 5. Lina (10), 6. Eva (9), 7. Veerle (8), 8. Indy (7), 9. Jesse (6).
EINDTAND pupillen
1. Rayan (12 +4), 2. Lucas (12 +2), 3. Stan (12 +0), 4. Bedir (8), 5. Dinand (6), 6. Semih (4), 7. Marit (2), 8. Erik (0).

DC Harderwijk heeft bovenstaande toernooien met veel plezier georganiseerd. Mocht je dammen leuk vinden en er meer van willen weten, dan ben je van harte welkom bij de clubavond van onze jeugd; elke donderdagavond van 18:30 – 19:30 uur in de PV de Eendracht aan de Schimmelstraat 2. Check it out: www.damclubharderwijk.nl

Snelle voorsprong, ruime winst op “020 II”

In het Go-centrum van Amstelveen waren de schakers aan het verhuizen,
maar de dammers van 020 I en II speelden hun laatste wedstrijd in dit gebouw (dat gaat sluiten) tegen respectievelijk Rijnsburg (met Jan van der Star in de gelederen) en ons eerste. Waar 020 I met 11-9 won, won DCH met 7-13. In het eerste van “020” speelden de sterke gebroeders Jan Pieter en Wiebo Drost mee, waardoor de Harderwijkers een belangrijk voordeel hadden in hun strijd tegen het tweede.

De wedstrijd begon voortvarend. Egbert van Hattem opende wederom de score. Tegenstander Bob Out had geen zin in een saaie middag en plaatste een vroege voorpost met wit op 23. Aan de zwartspeler de lastige taak om deze op te peuzelen of te omsingelen. Mochten die twee plannen niet lukken dan zou hij onder de voet worden gelopen. Out ging een risicovolle binding aan met zijn randveld op 35 en moest voorzichtig handelen. Lange tijd deed hij dat behoorlijk, maar dit had blijkbaar veel van zijn krachten gevergd. Hij liep in een simpele 2 om 3, en kon opgeven nog voordat het eerste rijtje van het notatiebiljet vol was.

De voorsprong van Harderwijk liep vervolgens snel op. Niek Kuijvenhoven
toonde overtuigend aan dat Ricardo Bona zijn lange vleugel wat al te frivool liet hangen. Hij zocht expansie in het centrum, maar de twee voorposten lieten zich niet tegelijkertijd verdedigen. Na een ‘schijnbeweging’ van Niek (die een foutzet leek te willen uitvoeren) werd zwart resoluut zoek gespeeld. Het werd zelfs 6-0 door Gert-Jan Hoeve die veel techniek liet zien. Met fraai spel omklemde hij in de tweede partijhelft het witte veld op 29, terwijl wit aan de andere kant naar de rand moest vluchten en vervolgens ook daar vastliep. Geen ontkomen meer aan voor wit die kansloos verloor.

Jan Hendrik Kok speelde een voor zijn doen zeer vredelievende partij, tegen Hans van den Heuvel die tot de sterkere spelers van “020 II” behoort. Geen onnodig verlies tegen de sterkeren, was de teamopdracht waarmee de spelers van DCH 1de ring in waren gegaan. Jan Hendrik gaf de zwartspeler daarom geen enkele hoop op een positief resultaat en drong zelf ook niet al te hard aan: 7-1. De partij tussen Kees de Jong en Frank Zwerver ging lange tijd gelijk op, totdat zwart toch duidelijk te passief vervolgde. Kees nam
initiatief in het centrum, schoof brutaal op naar veld 17 en had bovendien een parade paraat toen zwart hem weer wilde terugdringen aan de andere kant van het bord. In het eindspel kon de zwartspeler het hem niet echt meer moeilijk maken.

Het tiende punt werd binnengehaald door René Schaafsma die tegen internationaal meester bij de vrouwen, Laura Ratniece, weloverwogen speelde en stapje voor stapje het initiatief pakte. Na een minder nauwkeurige move pakte de zwartspeelster het initiatief echter resoluut over en drong gevaarlijk aan op de korte vleugel van wit. Voldoende voor een serieuze winstpoging was het echter niet waarna de vrede op zet 59 werd getekend.

Tegen Kenny Kroon pakte Joras Ferwerda in de tweede partijhelft weldegelijk het centrum. De witspeler moest alle zeilen bijzetten om dreigend schijfverlies of een snelle doorbraak te voorkomen. Dat lukte hem maar half. Nog net een tijdig offertje terug verzekerde wit de remise uiteindelijk.

Het elfde punt was binnen en dat was goed voor de gemoedrust van de DCH-spelers die al klaar waren en toeschouwer waren. Ruurd Wuestman had zich in de opening namelijk al ernstig vergist en keek vanaf de negentiende zet tegen een schijf achterstand aan. Er restte wit niet anders dan zo actief en centrum/flank-aanval gericht te spelen, in de hoop dat zwart geen winst wist af te dwingen. Echter, zwart behaalde een eindspel met grote materiële voorsprong. Ruurd koos voor een langzame weg naar dam, maar wel met garantie op controle van de lange lijn en slimme, indirecte controle over de zwarte schijf aan de andere kant van het bord. Zwart zag geen mogelijkheden om met de schijven over te steken, en moest in remise berusten.

Dat liep dus goed af, maar dat gold niet voor Jan Willem Hoeve tegen Tijmen Stobbe. Die had rond de veertigste zet remise aangeboden omdat zwart wel erg mooi op het centrum stond (maar van echt beslissend voordeel leek nou ook weer geen sprake). Jan Willem negeerde het aanbod maar kwam door sterk formatiespel van wit eigenlijk meteen in het gedrang. Tien zetten later stond juist zwart aan de rand en wit in het centrum. Stobbe maakte het fraai af. Toen zwart stuk voor stuk moest inleveren om nog op dam te komen, gaf hij op.

De ervaren Gerrit Tigchelaar van “020” toonde aan dat zijn sterke centrum makkelijk bestand was tegen de omtrekkende zwarte stand die bovendien uit het lood stond. Wit floepte door de zwarte korte vleugel en stond snel op dam. De verdedigende resources van zwart leken zo goed als uitgeput, maar op miraculeuze wijze haalde Gerwin toch nog een punt binnen en bepaalde de eindstand op 13-7. Met 7 uit 6 staat DCH op een gedeelde, geruststellende 6e/7e plek in Hoofdklasse A.

DCH2 zet weg naar de top in de tweede klasse B door

Zaterdag 21 december 2019 heeft het tweede team van DCH haar zegereeks weten
door te zetten door eenvoudig naaste concurrent Hartholt Olie hardhandig
onderuit te halen.

Wouter Foppen en Hilco Aarten maakten het tiental compleet en vervingen Jan
van der Pol en Wout Mensink.

Door een onverwacht en te snelle nederlaag van Jaap van der Werfhorst keken
de Harderwijkers al snel tegen een achterstand aan. Hilco maakte de
verwachtingen bij zijn comeback meer dan waard en trok de achterstand na
drie uurtjes weer recht door overtuigend zijn directe opponent te
overrompelen. Hierna liep DCH door winst van Eibert Smit en Auke Steensma
snel door naar een comfortabele 6-2 voorsprong, beiden overklasten hun
tegenstander op alle fronten.

Nadat Jan Pluim remise overeen was gekomen bezorgden Jakob de Vries en Ton
Eekelschot met twee duidelijke overwinningen de zege aan de Harderwijkers
door de tussenstand op 3-11 te zetten. Met een leuke verrassing in het
eindspel wist Bert Foppen na een bijzonder aanvallende partij het leed voor
de thuisploeg nog te vergroten.

Nestor Wouter Foppen van DCH mocht in het eindspel van geluk spreken dat
zijn tegenstander een eenvoudige winst over het hoofd zag waardoor hij
alsnog zijn meer dan verdiende puntje wist te behalen. Wouter van de Berg
deed vooral zichzelf te kort door zijn tegenstander nog met remise te laten
ontsnappen waardoor uiteindelijk de terechte 5-15 overwinning kon worden
genoteerd.

Samen met DUO en DIOS deelt DCH2 nu de eerste plaats in de tweede klasse B
en hebben alles weer in eigen hand om de felbegeerde promotie af te dwingen.
Het beloofd sowieso een spannend slot van deze competitie te worden.

Wiebelig spel, toch twee cruciale punten

Goed doordrongen van het belang van de wedstijd, gingen de dammers van
DCH 1 de thuiswedstrijd in tegen Hijken DTC 2, ook bekend als Drents
Tiental. Bij verlies zou de strijd tegen degradatie het team de rest van
het seizoen achtervolgen, bij winst kunnen de spelers zich blijven
verheugen op een kleine stunt, en de sterkste hoofdklasseteams
zenuwachtig maken.

Tegen Hijken bleken de marges weer eens klein. Uiteindelijk verscheen de
kleinst mogelijke winst op het schoolbord, een mooi gezicht omdat ook
DCH 2 met dezelfde cijfers won: 11-9. Toch was de overwinning verre van
‘regelmatig’ te noemen.

De middag begon in ieder geval overtuigend met winst van Egbert van
Hattem op Jaap Knipper. Tegen de aanbevelingen van zijn ploeggenoten
tijdens de voorbespreking in, werd het toch een puur klassieke partij.
Maar de zwartspeler kon met een handigheidje – waar anderen dachten dat
hij een blunder beging – zijn lange vleugel sneller in het spel brengen
dan zijn tegenstander. Die leek zijn achtergebleven schijf op 46
uiteindelijk goed in het spel te brengen, maar zonder gevaar was dat
allerminst. Zwart kreeg zonder al veel weerwerk de stand op het bord
waarop hij hoopte en die hij als gevaarlijk voor wit had getaxeerd. De
witspeler trapte meteen in het zetje waar het toch een beetje om draaide
en verloor kansloos.

Vervolgens scoorde Henry Offenga een schone remise, van exact 40 zetten,
tegen de sterke Henk Kalk die zich niet liet verleiden tot een
‘vingerzetje’ waar Henry nog wel even stilletjes op had gehoopt. De
tussenstand werd echter gelijkgetrokken door Bert Dollekamp die Fred
Elgersma klopte die steeds meer met zijn tijd worstelde. Lang lukte het
de zwartspeler om de witte centrumstand voldoende in bedwang te houden
en de achtergebleven schijf op 15 niet te zwaar tegen zich te laten
wegen. Toch werd dit gecombineerde stellingprobleem in de tijdnoodfase
zijn ondergang: 3-3.

Kees de Jong hield het hoofd koel in een defensieve middenspelpositie.
Door nauwkeurig en optimistisch – de toeschouwers maakten zich meer
zorgen dan hijzelf – te spelen oogde de slotstand zelfs gelijkwaardig.
Jan Willem Hoeve liet in zijn partij tegen Rob Knevel aanvankelijk fraai
aanvalsspel zien, maar deze sloeg, na een verkeerde afslag, niet goed
door. De witte schijven op de korte vleugel kwamen niet op tijd los.

Na deze plusremise wist Gerwin van der Meer toch nog een puntje binnen
te halen tegen Rik Smit. In een mooie hekstellingpartij trok zwart
uiteindelijk aan het langste eind die met een schijf meer een
macro-eindspel in ging. Na een kleine onnauwkeurigheid kon Gerwin de
witte dam gebruiken om de gevaarlijke zwarte schijf op 36 af te ruilen.

Vervolgens was het aan Joras Ferwerda om een ontsnappingsremise op het
bord te brengen. In een klassieke stand kreeg wit een beetje druk en
betrad het kerkhofveld. Joras trapte prompt in een pijnlijk eenvoudig
zetje van wit naar veld 6, ten koste van één schijf. Normaal gesproken
ruim voldoende voor winst, maar Joras bleef naar redding zoeken. Met een
verrassende tegencombinatie – waarbij hij zijn tegenstander een tweede
dam gaf – glipte zwart naar remise.

Nee, de toeschouwers hadden geen gemakkelijke middag, maar vooralsnog
liep alles wonderwel af. Niek Kuijvenhoven kreeg in het late middenspel
goed vat op tegenstander Harry de Groot en haalde de punten vervolgens
resoluut binnen en bracht DCH zowaar op een voorsprong: 9-7.

Maar de overwinning leek nog ver weg. Jan Hendrik Kok stond net als twee
weken op het verre randveld, met wit op 15. Meervoudig NK-finalist Jacob
Okken bracht hem zwaar in de verdediging. Maar Jan Hendrik had goed
gezien dat zijn witte schijf op veld 30 beter stond dan op veld 25,
zoals twee weken terug tegen Paul Everloo. Deze kon desgewenst nog
richting centrum of geofferd worden voor een doorbraak. In de partij
plaatste Okken een giftig offertje, maar Jan Hendrik hoefde niet lang na
te denken. De meerslagregel redde hem fraai: 10-8.

Eén wedstrijdpunt was in ieder geval al binnen, maar dat het er twee
zouden worden had niemand meer echt gedacht. Ruurd Wuestman speelde
aanvankelijk positioneel sterk tegen Berend Plijter. De zwarte aanval
leek het helemaal te gaan maken, maar de stand was erg combinatierijk.
‘Op een gegeven moment ging het me duizelen,’ zei Ruurd na afloop. Hij
overzag een slagmogelijkheid en de aanvalsstand veranderde in een ruïne.
Plijter deed vervolgens lange tijd alles goed. Met de moed der wanhoop
speelde zwart door en werd op het allerlaatst alsnog beloond door een
black-out van de witspeler die zijn drie witte schijven eigenhandig
blokkeerde en niet meer over de tric-trac kon krijgen. DCH haalde twee
wedstrijdpunten binnen en mag brutaal gaan denken aan een plek in het
linkerrijtje.

Nijverdal net streepje sterker

In de hoofdklasse A zijn de krachtsverschillen soms erg klein. Net als
twee weken terug tegen het Noorden deed het eerste team zichzelf met een
wedstrijdpunt te kort. Werd het in Groningen tegen Het Noorden 10-10, in
Harderwijk gingen de spelers uit Nijverdal met de kleinst mogelijke
winst terug naar huis: 9-11.

De eerste uitslag op het witte bord was meteen al een nul. Ruurd
Wuestman verloor van de sterke Rienk van Marle na een niet zo fijne
middag achter het bord. Was het idee om met wit naar veld 6 te ruilen
nog wel goed, de combinatie met de ruil naar 29 was dat niet. De
zwartspeler wist zich goed raad met deze twee aanknopingspunten in de
witte stelling en dreigde die te wurgen. Ruurd verdedigde zich zeer
creatief door een schijnoffer te plaatsen dat op het eerst gezicht
absoluut niet door de beugel leek te kunnen. De zwartspeler weerstond de
verleiding echter om meteen een dam te nemen en speelde gewoon
ijzersterk strategisch verder. De doorbraak door wits lange vleugel ging
zo snel dat het tot een serieuze tegenaanval niet meer kwam.

De tweede score was ook een lichte tegenvaller voor het team. Niek
Kuijvenhoven slaagde erin om tot een mooie centrumaanval te komen en
combineerde die met een sterke bezetting van het kerkhofveld. De ervaren
Herman Damman stopte echter op tijd met ruilen en zocht actieve tegenkansen aan de bordranden. Dat lukte zo goed dat de remise al snel
binnen was.

Egbert van Hattem haalde met overzichtelijk centrumspel de twee punten
binnen tegen John Drees die positoneel gezond spel liet zien maar toch
te passief speelde. Daarna ging de wedstrijd lange tijd gelijk op. Joras
Ferwerda en Ronny Koop speelden een gelijkwaardige remise, en ook Jan
Willem Hoeve haalde een punt binnen tegen Marinus Morsink. De witspeler
uit Nijverdal is een geboren aanvalsspeler en wist langzaam maar zeker
tot een flankcentrumaanval te komen die er goed uitzag. Jan Willem
verdedigde zich echter overtuigend en had een fraaie truuk in petto voor
de witspeler. In een grappige slagkeus-stand maakte hij goed gebruik van
zetdwang en de meerslagregel, waarna wit eieren voor zijn geld moest
kiezen.

Daarna kwamen de Harderwijkers op achterstand. Kees de Jong vond
wereldtopper Artem Ivanov tegenover zich. Die liet zich bovendien van
zijn beste kant zien. Eerst toonde Ivanov aan dat de witte centrumstand,
hoe sterk die er ook uitzag, weldegelijk kwetsbaar was voor een halve
hekstelling. Met een fraaie zet die tegen alle intuïtie ingaat (9-14)
voerde de zwartspeler de druk verder op en dreigde tot een omknelling te
komen. Daar moest wit rekening mee houden en deed dat ook. Toen kwam de
tweede strategie – plan B of was het toch plan A? – uit de verf: zwart
won met een vernietigende aanval. Een leerzame partij om eens na te
spelen (zelfs door Bert Foppen).

Ook Henry Offenga en Michel Koop kwamen tot een gelijkwaardige remise.
Eerst leek wit het betere van het spel naar zich toe te trekken en de
zwartspeler bood dan ook remise aan. Henry ging toch voor de winst maar
was in het vervolg juist degene die zich nauwkeurig moest verdedigen.
Het witte overwicht bleek optisch bedrog, en zwart kwam gevaarlijk door.
Terwijl Koop alvast de vier volgende sterke zetten van zijn tegenstander
noteerde op zijn notatiebiljet, werd de vrede getekend toen deze
inderdaad door Henry op het bord werden gebracht.

Toch leek het allemaal nog goed te komen. Gerwin van der Meer ging er
vol voor in zijn partij tegen Harrie Hoonhorst, gedurfd aanvallend en de
spanningen opzoekend. Zwart brak de aanvallen af en dreigde zelfs tot
een korte vleugel opsluiting te komen. Maar Gerwin had scherp gezien dat
zijn sterke centrum zich daarvoor zou behoeden. Toen zwart nog een keer
terugmoest was het teveel van het goede. Wit maakte korte metten en won.

Fred Elgersma speelde een uitstekende partij tegen de sterke Bill Neven.
Al vanaf het begin pakte de zwartspeler het centrum en gaf zijn controle
niet meer weg. Neven verdedigde zich nauwkeurig, kwam nooit echt in
gevaar en sleepte een overtuigende remise uit het vuur.

Toen kwam het lot te liggen bij de allesbeslissende partij tussen Jan
Hendrik Kok en Paul Everloo. Via een omweg kwam Jan Hendrik met wit tot
een gedurfde Kellerachtige aanval. Die leek lange tijd heel goed, maar
de zwartspeler werkte aan een eigen plan. Hij wist op zijn korte vleugel
‘contact’ te maken met de verre randschijf op 36 en nestelde zich
comfortabel op veld 27. Daarna sloeg het stellingbeeld helemaal om. Het
was zwart die met een klein offer het centrum overpakte, en nu was het
wit die zich zwaar moest verdedigen. Dat leek lange tijd goed te lukken.
Ook de collega teamgenoten hadden lange tijd alle vertrouwen in de witte
tegenkansen, maar Paul Everloo verraste met een paar sterke manoeuvres.
Wit bleek helemaal niet te kunnen ruilen richting dam maar moest zwaar
offeren. Hij wist nog wel de middellijn te bezetten maar de zwarte
overmacht was te groot. Met een fraai slot serveerde hij de partij en de
teamwedstrijd uit: 9-11.