Geen uitgespeelde kansen tegen 020: 8-12 verlies

In de eerste wedstrijd van 2023 hield Ons Eerste lange tijd stand tegen
het sterke hoofdstedelijke team 020. Maar door kleine fouten en een
enkele gemiste kans kwam een gelijkspel of een overwinning geen moment
in beeld. Einduitslag 8-12.

Het eerste punt voor Harderwijk kwam van Egbert van Hattem. Hij hield
Johan Capelle, die bouwde aan een solide centrum, goed onder controle.
Een klein schijnoffertje haalde de spanning uit de stand en dwong wit om
een net iets decentrale zet te spelen. In het vervolg had zwart (op de
34e zet) misschien beter het inmiddels overgenomen centrum kunnen
handhaven. Maar ook na een terugruiltje zag de witspeler van verdere
winstpogingen af: 1-1.

Jan Willem Hoeve speelde met zwart gedurfd en brutaal tegen Kenny Kroon.
De witspeler ruilde zich echter vrij, met een stevig centrum, maar
nogmaals ging zwart vol voor de bezetting van veld 27 bij het ontbreken
van een witte schijf op 49. Zwart speelde op de 38e en 41e zet te
passief en wit kwam gevaarlijk ver door het centrum opzetten. Gelukkig
voor Jan Willem verspeelde wit het voordeel door een verrassende maar
dure damcombinatie toch toe te laten. Het leverde geen winstkansen op.
Na 48. 42-37 had zwart zeer nauwkeurig moeten spelen voor remise.

De partij tussen Ruurd Wuestman en grootmeester Johan Bastiannet ging
gelijk op, waarbij zwartspeler Ruurd zich niet van het centrum weg liet
drukken. Even leek zwart met een achtergebleven schijf op 15 te komen,
maar actief bezette hij toch veld 24. De partij kantelde na een offer
van wit met dreigende doorbraak, juist de kant op van zwart. Maar genoeg
voor winst was het niet. Evengoed een prachtige prestatie van Ruurd.

Henry Offenga speelde een ijzersterke partij tegen Frank Pasman en had
de Harderwijkers halverwege op voorsprong kunnen zetten. Vanuit een
klassieke stand, nam Henry de zwarte stand in de klem met een
gevaarlijke opstoot: 27-22. Zwart moest wel meedoen maar zijn voorpost
was een stuk minder solide. Met kunst en vliegwerk brak ook de
zwartspeler door. De witspeler speelde slim naar een eindspel toe door
een verrassende slagkeus te nemen en de ver opgedrongen zwarte schijf
(die naar tweede dam wilde) op te rapen. In plaats van 54.30-24 was
30-25 waarschijnlijk goed voor winst geweest.

Gerwin van der Meer speelde wederom remise tegen een veel hoger
gerateerde tegenstander, in dit geval Johan Wiering. Vooral rond de
twintigste zet speelde wit sterk. In plaats van een voor de hand
liggende snelle ontwikkeling van de lange vleugel, hield hij de
ontwikkel- en ruilopties open en bouwde rustig aan een sterk centrum.
Zwart ruilde de voorpost maar de witte stand stond al klaar voor een
nieuwe verovering, ditmaal van veld 23. Een gelijkwaardige remise was
het knappe resultaat.

Des te jammerder was het dat Jan Hendrik Kok niet tot winst kwam tegen
John Stins. De zwartspeler liet een korte vleugel opsluiting toe, maar
had goed gezien dat hij zich daaruit kon bevrijden. Na een klassiek
intermezzo restte wit niet veel anders dan een – in dit geval – veilige
vlucht naar het kerkhofveld. In vliegende tijdnood deed wit nog een
flitsende winstpoging met 45.34-29. Inderdaad is 22-27 dan gevaarlijk –
zoals Jan Hendrik had gezien, en op had gehoopt – maar zwart speelde
zonder blikken of blozen direct 15-20. Logischerwijze ging wit voor de
gunstige afwikkeling, maar hij had beter kunnen wachten met het fraaie
en dodelijke 46.37-31. In de partij moest wit vlotter dan gedacht in
remise berusten.

Auke Steensma speelde remise tegen Marco de Koning in een interessant
treffen waarbij het spel via klassieke structuren liep, zonder groot
voordeel voor één van beide spelers. Maar het eindspel was voor de
Amsterdammers die alsnog verwoestend uithaalden. Halve NK finalist Rob
Geurtsen bleek toch een maatje te groot voor Joras Ferwerda. Van groot
krachtsverschil was tot de veertigste zet niet veel te zien. Wel had
zwart wit de gelegenheid gegeven met een Ghestem-doorstoot te komen (35.
8-12 was een belangrijk alternatief), maar wanhopen hoefde zwart
allerminst. Dat veranderde pas na de zwakkere zet 40.3-9. Het adequate
19-24 was beter geweest, maar daarvoor waren wel een paar nauwkeurige
berekeningen voor nodig. In de partij ging het vooral na 42.14-20 ineens
heel snel bergafwaarts voor zwart. Wit pakte op de korte vleugel zijn
gelijk, en zwart moest te zwaar offeren.

Een tweede hardhandige nederlaag volgde. Radjinder Jharab won van Fred
Elgersma die na de uitstoot op de tiende zet (28-22) volop in de aanval
ging, terwijl zwart alles op de omsingeling zetten. Het leverde een
fascinerend gevecht op waarbij wit lange tijd goede kansen leek te
hebben. 36.36-31 lijkt een duidelijker plan dan in de partij. Daarin
namen de omsingelende contouren van zwart dreigende vormen aan. De 45e
zet van wit (44-39) was al gevaarlijk (14-19 en 30-34 is mogelijk, maar
waarschijnlijk geen winst. Toch is 45. 36-31 beter). Maar dat wit na een
viertal zetten verloren zou staan had eigenlijk niemand kunnen denken.
De computer geeft nog aan dat 51.23-19 (en dan de twee-om-vier
koelbloedig toelaten) nog remise is. Maar kom daar nog maar eens op in
die fase. 46.37-31 was waarschijnlijk wel goed geweest.

Een kans op een eretreffer zat er niet in voor Kees de Jong. Hij was
niet opgewassen tegen het vloeiende aanvalsspel van zwartspeler Peter
van Heun. Hoewel het nadeel flink was verdedigde Kees zich manmoedig en
haalde het achtste punt voor Harderwijk binnen. Jan Hendrik gaf weer
mooie varianten (waarvoor dank!) en concludeerde bij deze partij dat
zwart op de 40e zet waarschijnlijk beter niet had kunnen ruilen, maar
met 17-22 de passieve witte randschijf op 26 zwaarder had kunnen laten
wegen.

Punt uit het koude noorden

Terwijl begin december de winter intrede deed met vorst en sneeuw, werd
er in Denksportcentrum Jannes van der Wal in Groningen hartstochtelijk
gedamd. Tot ver na vieren de einduitslag ongewis.

Ons Eerste begon goed met een verrassende winstpartij van Egbert van
Hattem op Bert Dollekamp. Nadat wit na een scherpe opening was opgerukt
naar het verre randveld 15, en zich ook nog op 29 nestelde, ontspon zich
een felle strijd om het centrum. Die werd uitiendelijk gewonnen door de
zwartspeler (die misschien nòg beter: 30. 9-13 en op de volgende zet 2-7
had kunnen spelen). Zwart stootte krachtig door met 22-28. In het nauw
gedreven beet wit vanaf de veertigste zet niet meer voldoende van zich
af. Een tweede ruil terug van aanvalsschijf 28 betekende groot nadeel
voor de witspeler die bovendien een klein zetje over het hoofd zag.
Daardoor was het snel uit.

DCH bleef ook in de volgende drie partijen aan de goede kant van de
score. Auke Steensma bevrijdde zich vlot uit de onvoltooide hekstelling
van Floris Tol (11.12-18 leek steviger, al lijkt ook dan een
vereenvoudiging onvermijdelijk). Wit liet er vervolgens geen gras over
groeien en zette vol in op de aanval. Zwart was wat te snel met 17-22 om
het echt spannend te maken, en werd door wit teruggedrongen. De spelers
gaven elkaar daarna geen duimbreed toe: 1-1.

Het duurde een flinke tijd voordat er weer een uitslag op het scorebord
verscheen. En dat was wederom een heel gunstige voor DCH. Gerwin van der
Meer scoorde een diepblauwe uitslag door Michiel Kroesbergen een punt
afhandig te maken. Hij speelde met wit een gedurfde centrumaanval via 23
en posteerde op de 19e zet een schijf op 24 ernaast, zonder angst voor
een tijdelijk schijfje verlies. In het vervolg, na een 2-om-2 ruil, kwam
de witte stelling op de korte vleugel echter onder grote druk. Zoals Jan
Hendrik Kok via de mail in zijn analyseopmerkingen aangaf, was 24.
47-41, 48-43 en 24-19 met twee-om-twee een gedurfd maar waarschijnlijk
prima alternatief geweest. In de partij was het overleven geblazen, en
dat deed wit zo goed mogelijk met actieve aanvulling van het centrum.
Maar Gerwin kon niet voorkomen dat zwart een doorbraak naar dam maakte
op de 43e zet (waar hij objectief gezien nog beter even had kunnen
wachten via 1621). In het afspel legde Gerwin grote koelbloedigheid aan
de dag en speelde de partij met een paar rake klappen naar remise toe.

De hele en halve voordeelpunten van Ons Eerste werden door Gert-Jan
Hoeve in een klinkende 6-2 voorsprong omgezet door zijn overtuigende
winst op Bert de Jong. De zwartspeler kwam al snel in de verdediging
terecht en miste bovendien al vroeg de schijf op 3. Die was nodig om
zijn zwakke lange vleugel te steunen. Wit speelde aanvallend en toen
zwart toch de klassieke structuren moest opzoeken, was het te laat. Wit
ruilde zich er sterk uit en richtte zijn pijlen beslissend op het
centrum en de lange vleugel van zwart. De weg naar winst lag zeker niet
voor de hand, maar wit deed het superhandig en won met overmacht.

De bijdrage van de familie Hoeve bleef bij twee punten omdat de
hekstellingpartij van Jan Willem Hoeve tegen Danny Staal uit de hand
liep. Wit kon zich na de opening niet lekker uit de hekstelling
bevrijden (14.42-37 was waarschijnlijk beter geweest) en ruilde later de
schijf op 22, en daarmee zijn aanknopingspunt, af. Nu kon zwart in een
mooie strategie hekstelling en dreiging van kettingstelling combineren.

Ruurd Wuestman koos een flankaanval tegen Jakob Pronk die het de
zwartspeler aanvankelijk niet heel moeilijk wist te maken. De zwarte
voorpost werd dan ook afgeruild. Toch kwam wit sterk opzetten in het
centrum, waarna een wonderlijke switch volgde: zwart bezette veld 38,
middenin vijandelijk gebied en maakte tijdelijk gebruik van enkele
kleine zetjes. Zwart had op de 45e zet met 18-23 het voordeel zelfs naar
zich toe kunnen trekken, maar speelde even te passief. Toch kwam de
remise niet echt in gevaar.

Kees de Jong begon een beetje wiebelig aan zijn partij tegen Owen
Donkers, maar speelde als vanouds een sterke tweede helft. Na het
ongelukkig opspelen van de kroonschijf verslikte wit zich met 38.33-29.
Met de schijnbaar rustige zet 11-16 loerde zwart op een omklemming of
doorbraak van wits lange vleugel. Enigszins in paniek ging wit te vroeg
naar het centrum, en liet een dodelijke twee-om-twee voor zwart toe. Er
volgt altijd schijfwinst of doorbraak naar dam.

Ondanks de riante voorsprong, was de situatie op de overige drie borden
zeer zorgwekkend voor de Harderwijkers. Er was weinig zicht op een
tiende laat staan elfde punt. Joras Ferwerda was de eerste die bezweek
onder het nadeel. Vlak na de opening had hij beter op een halve
hekstelling kunnen aansturen (of een twee-om-twee door wit naar 15), dan
passief terug te ruilen. Toch weerstond zwart de witte aanvalsdrift en
kwam er een klassieke stelling op het bord. Maar de varianten waren
moeilijk. 41.12-18 was een goede zet geweest, maar zwart koos voor 21-26
en ging na 45.12-18 een moeilijk eindspel tegemoet. Hier was juist 12-17
goed op z’n plaats geweest. Een late, ingewikkelde remisekans was nog
51.19-23 geweest.

Ook Fred Elgersma verloor, na een spannende flank-centrumpartij. Op de
27e zet had zwart ook koelbloedig naar voren kunnen ruilen in plaats van
naar achteren, zonder angst voor 25-20. Echt fout was pas zwarts 30e
zet: 2-8? Wit dwong vervolgens zeer fraai schijfwinst af. Zwart kwam in
zetnood en moest wel offeren (wachten met 11-16 en 4-10 helpt niet omdat
wit ook wacht met 46-41 en 49-44). Wit speelde de partij daarna zeer
gedecideerd naar winst.

Bij een gelijke scorebord-stand zat Jan Hendrik Kok nog te zweten op een
zo goed als verloren eindstand tegen Jan van Meggelen. Eerder in de
partij, rond de 26e zet, had de wederzijdse vleugelcontrole van zwart
bij Jan Hendrik voor de nodige hoofdbrekens gezorgd. Helemaal lekker
kwam wit er niet uit. Wit brak gedurfd uit met 27-22, gebruik makend van
enkele kleine combinaties, maar zwart kwam zeer gevaarlijk opzetten. Na
38.43-38 forceerde zwart fraai, en wikkelde slim af met een sterke
schijf op 32 tot gevolg en een reddeloze stelling voor wit op de korte
vleugel. Toch gaf zwart het royaal gewonnen eindspel nog uit handen. In
plaats van 55.8-13 speelde zwart onvoorzichting 34-40? Jan Hendrik had
de moed nog niet opgegeven en had dit buitenkansje al gezien. Hij haalde
dam en speelde naar een stand toe waarbij zwart drie schijven op de
tric-trac lijn kreeg. Dit leidde tot een onvermijdelijke herhaling van
zetten zou leiden. Fraai! De Harderwijkers gingen met 10-10 door het
fraaie sneeuw- en vorstlandschap terug naar huis.

Belangrijke 13-7 winst in Heerenveen

Hoewel de Harderwijkers niet op volle sterkte naar Friesland konden
afreizen werd de wedstrijd tegen DC Heerenveen probleemloos gewonnen. Al
snel kwam Ons Eerste op een ruime voorsprong nadat de wedstrijd tussen
Ruurd Wuestman en Sipke Doller vreedzaam in remise was geëindigd.

Gert-Jan Hoeve koos de aanval in zijn partij tegen Wim van der Molen.
Analysator Jan Hendrik Kok gaf aan dat de Friese zwartspeler op een
drietal momenten erg passief speelde: op zet 24 (20-25) gaf hij Gert-Jan
een aanval via 24 in handen. De 28e zet (9-14) had hoe dan ook door
11-17 vervangen moeten worden om tot actief tegenspel te komen. Wit
profiteerde optimaal door fraai 28-23 te spelen en daarna het centrum
des te steviger weer terug in handen te nemen. Dat was goed gezien! Na
35 6-11? bood de zwarte stand een dramatische aanblik, en kon de
witspeler zijn sterke spel voortijdig tot winst voeren.

Op bord 7 had Jan Hendrik Kok de witte stelling rond de twintigste zet
goed in de greep gekregen tegen Aize Plantinga. Wit ruilde te passief op
de vers in bezit genomen halve hekstelling. Geen verstandige beslissing:
zwart kon zijn pijlen naar hartenlust richten op de solitaire witte
schijf op 29 en die te omsingelen. De zwartspeler wist goed wat hij
wilde en speelde met beleid: eerst ontwikkelen en een paar verzwakkende
zetten afdwingen. Daarna ging hij pas naar veld 25 om de druk op te
voeren. Jan Hendrik vond de prachtige zet: 33.18-22 waarna hij de vijf
schijven op de korte vleugel van wit met vier schijven in bedwang hield.
De witte stand werd steeds verder in het nauw gedreven. In de partij
kwam wit er niet echt meer aan te pas. Jan Hendrik bleek in de partij
wel een paar goede (schijn-)offervarianten voor wit te hebben gezien,
maar ook dan was het positionele voordeel altijd aan de kant van zwart
gebleven. Een mooie technische overwinning: 1-5!

Hoewel hij niet tot winst kwam, speelde Auke Steensma weer een sterke
wedstrijd. Tegenstander Johnny Modderman werd stevig naar de randen
gedwongen. Toch sloeg het voordeel net niet door: zwart offerde zich ten
koste van twee schijven naar dam, en de witte stukken stonden te
kwetsbaar voor winst. Waarschijnlijk had wit rond de 40e zet eerder de
schijf op 45 actief moeten maken voor de volle winst.

Fred Elgersma leverde een belangrijke bijdrage aan de eindoverwinning
door Jan Teake Dekker op remise te houden. De Friese witspeler ging er
vol voor en liet zich opsluiten op zijn korte vleugel. Fred deed de
opsluiting teniet. Hij had gezien dat bij passief spel wit de controle
op de andere bordrand zou kunnen overnemen en veel combinaties tegen hem
zouden dreigen. Na de uitruil op de 27e zet bleef het spannend. Wit leek
actief aanvalsspel te krijgen tegen de zwarte korte vleugel, maar Fred
wist met een paar effectieve ruilen de angel uit de witte stelling te
halen, met een prima remise als resultaat.

René Schaafsma kwam ondanks een grootscheepse aanval niet tot winst
tegen Martin Boersbroek. De witte aanval was dreigend geworden nadat ook
in deze partij de Fries zijn op het oog solide halve hekstelling niet
durfde te handhaven. De witspeler zag goed dat hij niet te snel kon
profiteren (na 40.29-23 haalt zwart verrassend dam) en bouwde gestaag
verder. In de partij liep de witte aanval echter spaak op actieve
randschijven van zwart en was het juist wit die moest offeren om door te
breken. Waarschijnlijk had wit eerder door moeten stoten in het centrum.
Jan Hendrik beveelt daarvoor 46. 28-23 als goede timing aan.

Zo bleef het in Heerenveen nog lang spannend, maar daar maakte Henry
Offenga een einde aan door Martin Zijlstra te verslaan. De zwartspeler
ontwikkelde zijn lange vleugel mooi en kreeg bovendien zomaar de
gelegenheid van wit om aanvallend sterk naar het aanvalsveld 27 te
ruilen. Wit had veel beter kunnen streven naar klassiek. Zwart rondde de
aanval voorbeeldig af.

Voor de kers op de taart zorgde Kees de Jong door de sterke Tjipke
Smedinga te verslaan. Lang leek de partij voor wit gladjes te verlopen,
maar net voor de 30e zet nam zwart het initiatief plotseling over: wit
liep zich enigszins stuk op de verdedigend stukken van zwart. Kees
toonde bovendien aan dat de lange vleugel van wit kwetsbaar bleek te
zijn. Superhandig maakte zwart gebruik van een twee-om-twee ruil terug
waarna wit in grote moeilijkheden verkeerde. Zwart speelde nauwkeurig en
dwong doorbraak en winst af.

Jan Willem Hoeve en Oscar Veltman speelden aanvankelijk een
overzichtelijke partij die in het late middenspel toch nog tot leven
kwam. Na een intermezzo – waarbij zwart in het centrum doorstootte – was
het zwart die de meest flexibele stand had. Hij beschikte over formaties
èn controle over het belangrijke veld 24. Zwart profiteerde niet
optimaal en de witspeler verdedigde scherp: 1-1.

Ton Eekelschot en Sjoerd Koopman speelden een spannende en
gelijkopgaande partij waarbij wit zich terecht niet liet afschrikken
door de zwarte hekstelling. Hij bleef handig en sterk op het centrum
bleef. Na een grootscheepse afruil bleek de zwartspeler echter toch een
belangrijke voorsprong in ontwikkeling te hebben. Het was oppassen
geblazen voor de witspeler, maar Ton reageerde op de 44e zet te passief.
42-37 was aangewezen om de dreigende aanval van zwart beter te kunnen
controleren. De zwarte aanval nam vervolgens steeds dreigender vormen
aan, al toonde Jan Hendrik nog aan dat wit nog na de 50e zet de remise
veilig had kunnen stellen. In de partij haalde zwart handig de angel uit
het spel met een tijdelijk offertje en controle van de lange lijn, en
bepaalde de einduitslag daarmee op 7-13. Een verdiende en belangrijke
overwinning voor DCH 1.

Ook bij de pupillen is de KBS Wolderweide schooldam kampioen !

Woensdag middag jl. verzamelden zich 17 damteams van verschillende Harderwijkse basisscholen uit de groep 7 en 8.
Na 8 rondes intensief nadenken en spannende & sportieve dampartijen was de eindstand bekend; en ook de top 5 teams die zich hebben geplaatst voor de Halve Finale van Gelderland op 4 februari 2023. Goud voor de Wolderweide-2 (13 ptn), zilver voor de Fontanus-1 (12 ptn), brons voor de Alfons Ariens-3 (11 ptn) nipt voor De Bogen-1 (ook 11 ptn, maar met 2 bordpunten minder).
En tenslotte is ook de nr. 5 de Fontanus-2 door met 9 ptn; ook hier gaven de bordpunten de doorslag, zodat de Alfons Ariens-1, Het Talent-1, Wolderweide-1 en Fontanus-3 net buiten plaatsing vielen.
Alle scholen, docenten en begeleidende ouders bedankt voor de deelname; voor de kinderen geldt goed blijven oefenen!

KBS Wolderweide schooldam kampioen bij de welpen !

Na een gezellige middag dammen met maar liefst 18 schooldam teams werd het team van de Wolderweide 2 eerste met 13 pnt uit 8 wedstrijden.
Tweede werd de Alfons Ariens 3 met 12 pnt. Gedeeld derde met beide 11 pnt werden Wolderweide 3 en het Startblok 3. Echter door een hoger bordpunten aantal pakte Wolderweide 3 het brons.
Deze 4 teams, samen met nummer 5 de Fontanus 1 zullen gaan strijden in de Halve Finale van Gelderland op zaterdag 4 februari 2023 (waar is nu nog ongewis).
Alvast veel succes gewenst!

Schooldam kampioenschappen !

Na twee jaar niet kunnen schooldammen door Cor Ona gaat het dit jaar weer beginnen …
En wel op woensdagmiddag 23 november a.s. (met 18 welpen teams, t/m groep 6) en op 30 november a.s. (met 16 pupillen teams, groepen 7 & 8) in het multifunctioneel centrum De Bogen (Triasplein 11).
Vanaf 13:30 uur zullen de schoolteams strijden om het kampioenschap van Harderwijk en ook plaatsing voor de Halve Finale van Gelderland. Als damclub kijken wij weer uit naar twee gezellige, sportieve en spannende middagen om de basisschool jeugd enthousiast te maken voor het dammen!

Stuivertje wisselen tegen IJmuiden: 10-10

De vijfde ronde van Ons Eerste kende een spannend wedstrijdverloop met een uitstekend eindresultaat tegen het sterkte IJmuiden: 10-10.

Hierbij een verslag van de wedstrijd, deze keer weer in co-productie met Jan Hendrik Kok. Dank voor de waardevolle analyse-opmerkingen!

Dat een goed resultaat van ver moest komen werd vroeg op de middag al duidelijk. Ruurd Wuestman verslikte zich in een standaardcombinatie
waarvan hij de precieze consequenties niet goed had ingeschat en tegenstander Max Doornbosch wel. De lange afwikkeling leidde
uiteindelijk tot een volle schijf verlies voor Ruurd. De oorzaak van de fout lag waarschijnlijk al eerder in de opening: op de negende zet
aansturen op een Roozenburg-stelling lijkt beter. In de partij moet wit op de 13e zet genoegen nemen met een opsluiting, maar aantrekkelijk ziet
dat er allerminst uit. Maar de aanval die hij toch nam betaalde zich duur uit, met schijf- en uiteindelijk partijverlies tot gevolg.

Auke Steensma trok de stand meteen gelijk met een sterk gespeelde klassieke partij. Cruciaal voor het eindresultaat waren de zetten 28t/m
30. Daarin ging wit voor de tweede keer in de partij over tot een tijdelijke opsluitinkje met afruil terug. Maar de overblijvende stand
was veel flexibeler voor zwart. Met een grote intuïtie voor het klassieke spel liet juist zwart zich opsluiten en speelde alle tempi
uit. Met 44. 23-29 bekroonde hij zijn spel op fraaie wijze. Wit moest wel duur combineren anders had hij op zwarts volgende zet (29-34) geen
goede speelbare zet meer gehad. Het afspel verloor kansloos voor wit.

Bij de volgende twee partijen was het wederom stuivertje wisselen. Kees de Jong en Willem Winter maakten er een echte wildwest-partij van. Dat
kwam vooral omdat wit op de 20e zet 36-31 speelde en zich liet opsluiten (het gewone 37-31 ging niet!). Kees deed nog een extra duit in het zakje
door met zwart veld 35 op te zoeken. Wit reageerde extreem door alle tempi uit te spelen, met een onoverzichtelijke stand. Op de 32e zet had
zwart een (moeilijke en verrassende) directe winst (12-18) laten schieten, maar wit raakte alsnog het spoor bijster. In plaats van
koelbloedig 28-23 te spelen volgde 29-23, met onvermijdelijk schijf- en partijverlies.

Helaas had Jan Hendrik zijn dag niet en verloor van de sterke Kees Pippel. Wit durfde de aanval met 30-24 ondanks lang nadenken toch niet
door te zetten. Later speelde hij de positioneel foutieve zet 49-44, zoals hij zelf een zet later in de gaten kreeg. Zwart bleef sterk op het
centrum spelen, en toen 30-24 wel geboden was betekende dat meteen schijfverlies voor wit.

Daarmee was de tussenstand weer gelijk: 4-4. Maar de winstpartijen bleven zich maar afwisselen tussen beide ploegen.

René Schaafsma boekte een fraaie overwinning op Jan-Maarten Koorn. Om zijn onevenwichtige klassieke stand te redden besloot de witspeler op de
32e zet het kerkhofveld te betreden. Daar had zwart goed op geanticipeerd. Meteen werd de schijf voorwaarts geruild en zette zwart
een dodelijk omsingeling van het witte centrum in. Die probeerde de vrijheid nog te zoeken door een ruil, maar verloor een schijf en daarmee
de partij.

Henry Offenga moest zijn meerdere erkennen in Martin van Dijk. De zwartspeler liet wit aanvallen en nam die aanval fraai over met een paar
effectieve ruilen. Het resulteerde in een iets betere stelling, maar wit panikeerde op de 36 zet door een 3-om-2 te nemen. Hoewel wit nog sterk
kwam opzetten, bleek het daarna prima te kloppen voor de zwartspeler. Op de 36e zet had wit nog wel een goede zet in 38-32. Er mag vanalles niet
door kleine combinaties en op 17-22 is 3025 sterk, zelfs gewonnen.

Een spectaculair slot – met zowaar een remise tot gevolg – kende de partij tussen Krijn ter Braake en Jan Willem Hoeve. Op de 37e zet
verslikte zwart zich met 6-11, en wit forceerde de stand. Wit had moeten winnen, maar in de praktijk liep het toch nog goed af voor de
zwartspeler. Door een verwisseling van zetten maakte zwart nog handig gebruik van een formatie en snoepte wit een extra schijfje af. Voldoende
voor de remise, zeg maar rustig een winstpunt. Ook op het bord tussen Jesse Bos en Joras Ferwerda slaagden de IJmuiders
er niet in het ratingverschil te gelde te maken. Zwart speelde rustig en leek de witte aanvalsdrift door de goede structuur in zijn stelling
lange tijd onder controle te hebben. Toch kwam wispeler Jesse Bos steeds sterker op het centrum en raakten de zwarte schijven gesplitst. De
witspeler slaagde er niet in de juiste volgorde van zetten te vinden voor een zekere winst. In de partij hield Joras het hoofd koel en vond
een geitenpaadje naar dam. De witte schijven stonden in het afspel net ongelukkig opgesteld en zwarte snoepte er een paar af, voldoende voor
remise.

De eindstand werd bepaald op 10-10 met twee laatste overwinningen. Voor Fred Elgersma gingen de zaken van kwaad tot erger tegen de sterk
spelende Jacqueline Schouten. De aanvalsstelling van wit liep spaak. Fred had op de 23e zet graag de centrumzet 28-23 gespeeld, maar dan was
er een dam gevolgd naar 48. Er zat niet beter op dan 32-27 en later zelfs nog het onooglijke 28-22. De beslissende fout vond echter pas
plaats op zet 32. Na 37-32 is 26-31 sterk en dodelijk. 32.33-28 was nog mogelijk geweest, maar het slagwerk wat kan volgen is complex. In de
partij dwong zwart schijfwinst af en won de partij sterk en overtuigend.

Gerwin van der Meer trok de stand dan toch nog gelijk. Hij zag zijn gedurfde partijopzet tegen zwartspeler Bram van Bakel beloond met een
sterk gespeelde eindspelwinst. De zwartspeler had de slagwisseling na de 30e zet ook anders (en beter) kunnen spelen, maar in de partij was het
de witspeler die quasi uit het niets aanstuurde op een doorbraak door zwarts korte vleugel. Dat lukte wonderwel, maar ook de zwartspeler liet
zich niet onbetuigd met creatieve tegenacties. Een fantasierijke einspelstand ontstond waarbij twee witte dammen een sliert aan zwarte
schijven in het centrum konden oprapen. Dat resulteerde in een zwaarbevochten overwinning voor Gerwin en een verdiend punt voor de
Harderwijkers: 10-10.

Wedstrijd met curieuze momenten in Westerhaar, 12-8 verlies

Full house was het zaterdag 29 oktober in het denksportcentrum van Damclub Witte van Moort. Drie teams speelden, waardoor zestig dammers
tegelijk actief waren. Ons Eerste speelde tegen WvM 2: een in de volle breedte sterk team. Daardoor waren de ratingverschillen op bijna alle
borden in het voordeel van de Westerhaarders.Hierbij een verslag van deze spannende wedstrijd, waarbij ik dankbaar gebruik maakte van de varianten en opmerkingen die Jan Hendrik mij
toevertrouwde. Waarvoor dank!

De wedstrijd begon met een valse start. Ruurd Wuestman speelde geen goede wedstrijd tegen de handige aanvalsspeler Jan Schippers. De
schijven op 10, 14 en 15 stonden ongelukkig opgesteld. Op de 19e zet had Ruurd hoe dan ook 14-19 moeten spelen om wat meer harmonie in de
stelling te brengen. Hij speelde echter 16-21, en ook zwarts volgende zet (21-27) was niet best. Wit forceerde de partij vroegtijdig met het
sterke 21.28-23.

Had Egbert van Hattem die achterstand maar goedgemaakt. Daar had hij op eenvoudige manier de gelegenheid toe tegen Niek Kloppenburg. Egbert had
met zwart weer eens ultravroeg het centrum-aanvalsveld 28 opgezocht met zwart, omdat grootmeesters dat soms ook doen en omdat hij in de eerste
ronde weer veel geleerd had over hoe dat wel of niet moet. De witspeler tastte diep in de bedenktijd en probeerde een constructief plan tegen de
zwarte voorpost te bedenken. Toen hij 16. 34-30×30 speelde had Egbert kunnen toeslaan met een dam van twee zetten diep. Het was niet aan hem
besteed. In het vervolg ontspon zich een spannende partij. In het middenspel speelden beide spelers toe naar een flinke afruil en tekenden
in de veertigste zet de vrede, in de veronderstelling dat ze een aardige partij op het bord hadden gelegd.

Hierna speelde Jan Hendrik remise tegen Eddie Hilberink. In een gelijk opgaande partij was de strijd om het centrum en de flanken het leidende
thema. Toen Hilberink met wit de voorpost van Jan Hendrik naar voren afruilde (naar achteren was goed geweest), werd hij getrakteerd op een
pittig dammetje. Jan Hendrik schrijft zelf hierover: ‘Op de 27e zet zag ik de damcombinatie al. Vandaar dat ik 11-17 en 6-11 speelde zonder een
nadelig stand over te houden als wit andere zetten zou spelen. Nu volgde een damcombinatie van zes zetten diep in. Op de 37e zet deed ik het niet
goed voor de winst. Ik had 33-29! i.p.v. 33-24 moeten spelen. Wit speelde hierna heel goed 38.45-40 en zwart mag de witte schijven niet
aanvallen (24-19?, en dan 47-42 en 40-34 met damvangst).’

Kees de Jong ontbrak in Westerhaar, want geveld door Corona. Invaller Jaap van der Werfhorst haalde een prachtig resultaat tegen de sterke
Edwin Twiest. De witspeler uit Westerhaar ging er vol voor en zette een Roozenburg-aanval op die er niet best uitzag. Volgens het commentaar van
Jan Hendrik (altijd leuk om na te spelen) staat wit op zet 28 duidelijk beter.
Jaap nam met zwart een zetje (ook goed), maar had ook 28.17-21 kunnen spelen met winstkansen. Jan Hendrik: ‘Wit moet een keuze maken tussen
35-30, 47-41, 48-43 of 42-38. Zwart gaat een aanval op witte schijf 27 opzetten door 7-12, 12-17 of via 11-17, 7-11 afhankelijk van wat wit
doet.’

Jaap koos dus voor de grote afwikkeling. Wit kwam in het vervolg beter, maar zwart verdedigde zich formidabel met formaties, handige tempozetjes
(4-10 b.v.) en zelfs een tijdelijk offer. Dat alles resulteerde in een prachtige remise tegen een speler met ruim 200 ratingpunten meer.

Ronduit curieus was het slot van de partij tussen René Schippers en Jan Willem Hoeve. In de partij kwam zwart er niet aan te pas en moest
toezien hoe wit soepel naar een aanval toespeelde, terwijl zijn schijven op de korte vleugel zich ophoopten. Op de 52e zet maakte wit een enorme
blunder door zomaar drie schijven weg te geven. (Hij dacht dat de witte dam op veld 3 stond ipv op 2. Dan was de manoeuvre zeker een leuke winst
geweest.) In plaats daarvan had wit nog even moeten volhouden en de sterke zet 32-28 moeten spelen, en dan richting veld 1. Jan Hendrik gaf
nog aan: ‘als zwart met de dam naar 36, 31 of 27 gaat dan speelt wit de dam van 2-8-26 en daarna ruilen, met vrije doortocht. Dat klinkt
logisch! Dat waren een paar mooie meevallers voor DCH.

In een spannende partij kon Fred Elgersma niet tot voldoende voordeel komen tegen Jeffrey Steen die gedegen en sterk speelde. Dat gold ook
voor Gerwin van der Meer die tegen Gerwin Mollink wel erg mooi op het centrum kwam. Auke Steensma speelde tegen de sterke Thomasz Miksa actief
via het kerkhofveld en op het centrum. Net toen het er op leek dat zwart zijn omsingelende aspiraties kon waarmaken had Auke bovendien een
handige doorbraakcombinatie achter de hand. De tweede winstpartij van de Westerhaarders werd op bord 6 geboekt door Theo Leoné tegen René Schaafsma. In de partij was wit rijkelijk vroeg in de aanval gegaan, maar voor zwart was het moeilijk om te profiteren. Wit slaagde erin de voorpost horizontaal te verdedigen en leek na 37 zetten toch een goede stand te hebben., ondanks de stevige omsingelende acties van zwart.
Een ruiltje terug (34-30) op de 38e zet was goed geweest voor voordeel. (Of, zoals Jan Hendrik opperde, ook het spannende 38.36-31.) In de
partij maakte wit een flinke misser door helemaal door te stoten naar veld 18. Hij kreeg per direct een eenvoudige 2-om-3 te verwerken, en
moest op de 60e zet de strijd staken.

Joras Ferwerda zat als laatste achter het bord. Hij speelde een gestroomlijnde aanvalspartij tegen Alex Noppers. Vooral de opstoot 29-23
was erg sterk en wit leek regelrecht op de winst af te stevenen. Maar vlak voor de 50e zet koos wit helaas voor een overzichtelijk ruiltje
terug waardoor het grootste voordeel verdampte. Zwart begon aan een tegenoffensief tegen de korte vleugel van wit, en haalde de remise
binnen. Eindstand 12-8 voor de thuisspelende ploeg.

Soepele overwinning in Enschede

Voor het eerst in de geschiedenis van de clubs speelden DCH en EDC uit Enschede tegen elkaar in de Hoofdklasse van de landelijke competitie. Tussen de kleurige schilderijen binnen en met herfstige regen buiten, speelde Ons Eerste zich naar een ruime overwinning. In korfbaltermen: 7 overwinningen, 2 verliespartijen en een knappe remise. Einduitslag: 15-5.

EDC promoveerde vorig jaar naar de Hoofdklasse. Nu het aan moet treden met tien spelers en niet iedereen het Hoofdklasseniveau gewend is, maakt de club zich op voor een lastig damjaar. Al snel had Ons Eerste uitzicht op een mooie einduitslag. Op twee borden viel vroegtijdig een beslissing. Gerwin van der Meer combineerde al snel naar dam tegen Jon Schoo die normaal gesproken taai tegenspel biedt. De vroege overwinning van Joras Ferwerda op Jonathan Wilbrink, die eenzelfde misser maakte als zijn clubgenoot, betekende een belangrijk voorschot op de eindoverwinning.
Niet dat alles vlekkeloos verliep. Jan Willem Hoeve wist niet goed hoe te reageren op de prima uitstoot van witspeler Gino Schirinzi naar het centrumveld. Hinkend op meerdere gedachten werd de zwarte stand in korte tijd uitzichtloos en noopten verschrikkelijke damdreigingen de zwartspeler tot rigoureuze maatregelen. Die bleken onvoldoende, want witspeler Schirinzi combineerde handig richting doorbraak op de lange vleugel.
Jan Hendrik Kok bouwde de score verder uit met sterk positioneel spel en nauwkeurige berekeningen. Hij trok het initiatief naar zich toe, en zijn uitstoot naar het voorpostveld 23 was goed getimed. Daar kon de zwartspeler, Luit Haan, hem niet gemakkelijk meer wegkrijgen. Dat lukte nog wel met een ruiltje terug, maar de aanval tegen de lange vleugel van zwart had intussen grote vaart gekregen. Met het mooie 37.41-36 bracht Jan Hendrik een kleine combinatiedreiging in, die de zwartspeler ontging. Het bezetten van veld 19 was gedwongen geweest, maar ook dan had wit zich hoogstwaarschijnlijk een beslissende weg naar dam gebaand.
Auke Steensma boekte een bijzonder fraaie klassieke overwinning op de ervaren Han Borgman. In een klassieke stand trad wit actief op via het kerkhofveld en stond lange tijd een fractie makkelijker. De zwartspeler zette zijn zinnen op vleugelcontrole maar moest daarvoor wel een prijs betalen: hij werd van het centrum verdreven. De manier waarop wit het vervolgens afmaakte was allerminst standaard en kan opgenomen worden in de leerboeken. Na een achterloop op 24 plaatste wit een Ghestem doorstoot. In een zetdwang situatie moest zwart wel sluiten, en vervolgens ruilde Auke de zwarte steunschijf op 24 af met vleugelcontrole aan de andere kant van het bord. Zwart zag geen redding meer en offerde een schijf. Maar van een serieus tegenoffensief kwam het niet meer.
Ruurd kweet zich voorbeeldig van de teamopdracht en speelde actief op centrum en flanken tegen de sterke Igor Chartoriyski. Geen moment kwam de Harderwijkse witspeler in gevaar. Een prima prestatie. René Schaafsma revancheerde zich overtuigend van zijn nederlaag in de openingsronde van de Nationale Competitie en versloeg Jury Geissenblas. De aanvalsstand van de witspeler werd afgebroken door zwart die vervolgens naar een gunstige klassieke afspel toespeelde. Daarin bleek een kleine tempofout grote consequenties te hebben. Wit reageerde niet adequaat toen zwart 23-29 speelde, en zat ineens in moeilijkheden waar geen simpele oplossing voor bestond. Zwart sleepte er slim een 4-om-1 eindspel uit.
Kees de Jong wist na een wiebelig begin toch de volle winst binnen te halen. In de opening liet hij zich met zwart verrassen door een eenvoudige slag naar veld 6. Daarna overblufte Kees zijn tegenstander door vlot door te spelen en net te doen alsof zijn verre voorpost een bewuste keuze was. Die psychologische tactiek werkte wonderwel. In plaats van vol voor schijfwinst te gaan, liet wit zich wegdrukken en kwam zwart tot een sterke aanval.
Ook Fred Elgersma haalde de volle winst binnen in een spannende partij tegen Raphaël Zdoroviak. De in Hannover wonende zwartspeler leek een goede manier te vinden om de witte aanvalslust te temperen en het centrum van de tegenstander in de greep te nemen. Hoewel er op de 28e zet nog een aardige combinatie inzat voor de zwartspeler, zette deze zijn positionele strijd voort. Die bleek niet in zijn voordeel. Wit verloste zich en richtte zijn pijlen met veel succes op de zwakke rechtervleugel.
Van het hele wedstrijdverloop kreeg Egbert van Hattem niets mee. Het was ploeteren geblazen. Tegenstander Jeroen Goudt voelde zich in de opening als een vis in het water. De grote ruil naar het aanvalsveld 24 had zwart onderschat. Erger nog dan de aanval was de zwakke schijf op veld 22 waar wit naar hartenlust omheen kon draaien. De stellingen werden gesplitst en het voordeel van wit was groot. Met plakkers, combinaties en nauwkeurig tempospel slaagde zwart er lang in tegenspel te bieden. Dat was zelfs zo succesvol dat wit overschakelde op plan B, waarbij de schijf op 22 werd geruild en de zwarte stukken toch weer in het spel kwamen. Maar de voorwaartse  drang van wit door het centrum was groot.
In de zes-om-zes slaagde zwart er niet in nogmaals de beste zetten te vinden: wit kwam eerder op dam, beheerste de trictrac-lijn en kwam op tweede dam. Daarmee kon Egbert helaas niet voldoen aan de afspraak die hij met Ruurd voor de wedstrijd had gemaakt: samen twee punten halen. Maar de overwinning was gelukkig al lang en breed binnen.