Grote klasse dat Wouter Foppen wilde meereizen naar Friesland. Daar wachtte hem aan bord 1 internationaal meester Rein van der Pal. Na een
scherpe opening probeerde Wouter te ruilen voor een hergroepering, maar zag daarbij een vinnige combinatie over het hoofd. Het leverde
schijfverlies op. Die kwam hij tegen deze sterke speler niet meer te boven.
Maar al snel was het weer gelijk. Auke Steensma zag zijn gedurfde opzet tegen Waylon Poot beloond. Dit keer was Auke de omsingelende partij in
een speltype met de onvoltooide hekstelling. Wit creëerde in zijn opbouw enkele zwakke plekken in het achterveld, en dat werd hem verrassend snel
fataal. Met een even simpele als doeltreffende meerslagwending liet de zwartspeler weinig meer van het witte bouwwerk heel. Hij combineerde
dodelijk naar dam. Er volgde snel nog een tweede winst voor de Harderwijkers toen Jan Hendrik Kok fraai Anton Schotanus opzij zette, een speler van naam en
faam die nog steeds sterk acteert. Dat bleek in de fase vlak na de opening waar Jan Hendrik ernstig op zijn tellen moest passen. Na het
sterke 27.15-20 spelen diverse combinaties de witspeler parten. Toch vond Jan Hendrik de goede weg en speelde naar een voordelige klassieke
stelling toe. Daarbij stond de zwartspeler op de 41e zet kritiek. Zwart had niet beter dan 41.17-21 en wit kwam met een ijzersterke Ghestem
doorstoot. Na een wit offertje (een soort offer van Dussault) kwam zwart in zetdwang. Bovendien bood een tegencombinatie naar veld 40 geen
soelaas, en Schotanus gaf op. Toch had zwart nog sterk van zich af kunnen bijten door duur naar veld 37 te combineren. Maar dat bleek te
veel gevraagd. Een fraaie overwinning van Jan Hendrik.
Toch ging het daarna ernstig fout. Ruurd Wuestman had zijn favoriete flankcentrum-aanval op het bord gekregen, en zocht met 15.48-43 grote
spanningen op. Tegenstander Marcel de Vries profiteerde niet optimaal en de aanval van wit zag er gezond uit. Helaas was Ruurd in deze wedstrijd
niet scherp op de combinaties en liet zich ernstig verrassen. In tweede instantie zag de zwartspeler de damcombinatie wel, en bracht Ons Eerste
zo een mokerslag toe.
Harderwijk kwam weer terug omdat Gerwin van der Meer wist te winnen van Piet Leijenaar. Lange tijd was de stand in evenwicht. Na een
decorwisseling was het de Friese witspeler die licht aan de leiding ging. Die ging echter te snel tot een ruilactie over (38.30-25). 32-27
en een aanval op de zwarte korte vleugel was zeer gevaarlijk geweest voor Gerwin. Die nam de aanval echter gedecideerd over en speelde de
witspeler volkomen van de mat met een aanval door het midden. Ondertussen bereikte het spannende treffen tussen Jan Willem Hoeve en
Anne Piet Kooistra zijn hoogtepunt. De witspeler moest in de opbouw rekening houden met combinaties en kampte met een zware lange vleugel.
De zwartspeler voelde zich begrijpelijkerwijs in z’n element. Het zwarte plan met 24. 2-7 bleek echter teveel gevraagd. Hierna gaat de witte
voorpost nooit meer weg, en wit bereikte een natuurlijk aanvalsstand waarbij de flank door het centrum werd ondersteund. Jan Willem wist het
goede antwoord niet te vinden en verloor zonder echte tegenkans. De remise tussen Joras Ferwerda en Sietse Nagel kwam tot stand na
originele afwikkelingen vanuit een klassieke middenspelpositie. Deze oogde beter voor de Friese zwartspeler die vlak na de opening – zoals op
toernooibase te lezen – een dure damcombinatie bleek te hebben overwogen die inderdaad ‘zo gek nou ook weer niet is’. Maar: begrijpelijkerwijs
zag zwart ervan af.
Een tweede mokerslag kreeg Ons Eerste te verwerken toen Gert-Jan Hoeve zijn meerdere moest erkennen in Kerst Hoekstra. De partij ging lang
gelijk op, maar zwart trok optisch gezien aan het langste eind, met een fraaie centrumstand. Wat de stand werkelijk waard is, is echter moeilijk
te zeggen. In ieder geval waagde de zwartspeler een heel scherpe winstpoging met 42.23-29. Dat leek prima, maar in het vervolg was het
juist wit die er met de volle winst vandoor ging. 44.18-23 oogt goed, maar is foutief. 19-23 had gemoeten om de zwarte voorpost die op de
tocht staat te hulp te schieten. In de partij werd de zwartspeler verrassend gedecideerd van het bord geblazen.
In een zinderende partij tegen Tjalling van den Bosch wist René Schaafsma tot een fraaie klassieke stand te komen. Het liet zich
begrijpen dat de zwartspeler een dure combinatie naar dam nam, waarna hij over het randje moest balanceren. (Bij gewone zetten zou een
doorbraak naar 7 hem parten hebben gespeeld.) In de partij bleek de keuze gerechtvaardigd: zwart kwam met de schrik vrij.
Na deze tegenslag was het wel gedaan met het Harderwijkse verzet. Kees de Jong stond in zijn partij tegen Piet Bouma langdurig met de rug tegen
de muur en wist in het late eindspel een geitenpaadje naar remise niet meer te vinden. Einduitslag: een uiteindelijk verdiende 12-8 overwinning
voor de Friezen.