Voor het eerst in de geschiedenis van de clubs speelden DCH en EDC uit Enschede tegen elkaar in de Hoofdklasse van de landelijke competitie. Tussen de kleurige schilderijen binnen en met herfstige regen buiten, speelde Ons Eerste zich naar een ruime overwinning. In korfbaltermen: 7 overwinningen, 2 verliespartijen en een knappe remise. Einduitslag: 15-5.
EDC promoveerde vorig jaar naar de Hoofdklasse. Nu het aan moet treden met tien spelers en niet iedereen het Hoofdklasseniveau gewend is, maakt de club zich op voor een lastig damjaar. Al snel had Ons Eerste uitzicht op een mooie einduitslag. Op twee borden viel vroegtijdig een beslissing. Gerwin van der Meer combineerde al snel naar dam tegen Jon Schoo die normaal gesproken taai tegenspel biedt. De vroege overwinning van Joras Ferwerda op Jonathan Wilbrink, die eenzelfde misser maakte als zijn clubgenoot, betekende een belangrijk voorschot op de eindoverwinning.
Niet dat alles vlekkeloos verliep. Jan Willem Hoeve wist niet goed hoe te reageren op de prima uitstoot van witspeler Gino Schirinzi naar het centrumveld. Hinkend op meerdere gedachten werd de zwarte stand in korte tijd uitzichtloos en noopten verschrikkelijke damdreigingen de zwartspeler tot rigoureuze maatregelen. Die bleken onvoldoende, want witspeler Schirinzi combineerde handig richting doorbraak op de lange vleugel.
Jan Hendrik Kok bouwde de score verder uit met sterk positioneel spel en nauwkeurige berekeningen. Hij trok het initiatief naar zich toe, en zijn uitstoot naar het voorpostveld 23 was goed getimed. Daar kon de zwartspeler, Luit Haan, hem niet gemakkelijk meer wegkrijgen. Dat lukte nog wel met een ruiltje terug, maar de aanval tegen de lange vleugel van zwart had intussen grote vaart gekregen. Met het mooie 37.41-36 bracht Jan Hendrik een kleine combinatiedreiging in, die de zwartspeler ontging. Het bezetten van veld 19 was gedwongen geweest, maar ook dan had wit zich hoogstwaarschijnlijk een beslissende weg naar dam gebaand.
Auke Steensma boekte een bijzonder fraaie klassieke overwinning op de ervaren Han Borgman. In een klassieke stand trad wit actief op via het kerkhofveld en stond lange tijd een fractie makkelijker. De zwartspeler zette zijn zinnen op vleugelcontrole maar moest daarvoor wel een prijs betalen: hij werd van het centrum verdreven. De manier waarop wit het vervolgens afmaakte was allerminst standaard en kan opgenomen worden in de leerboeken. Na een achterloop op 24 plaatste wit een Ghestem doorstoot. In een zetdwang situatie moest zwart wel sluiten, en vervolgens ruilde Auke de zwarte steunschijf op 24 af met vleugelcontrole aan de andere kant van het bord. Zwart zag geen redding meer en offerde een schijf. Maar van een serieus tegenoffensief kwam het niet meer.
Ruurd kweet zich voorbeeldig van de teamopdracht en speelde actief op centrum en flanken tegen de sterke Igor Chartoriyski. Geen moment kwam de Harderwijkse witspeler in gevaar. Een prima prestatie. René Schaafsma revancheerde zich overtuigend van zijn nederlaag in de openingsronde van de Nationale Competitie en versloeg Jury Geissenblas. De aanvalsstand van de witspeler werd afgebroken door zwart die vervolgens naar een gunstige klassieke afspel toespeelde. Daarin bleek een kleine tempofout grote consequenties te hebben. Wit reageerde niet adequaat toen zwart 23-29 speelde, en zat ineens in moeilijkheden waar geen simpele oplossing voor bestond. Zwart sleepte er slim een 4-om-1 eindspel uit.
Kees de Jong wist na een wiebelig begin toch de volle winst binnen te halen. In de opening liet hij zich met zwart verrassen door een eenvoudige slag naar veld 6. Daarna overblufte Kees zijn tegenstander door vlot door te spelen en net te doen alsof zijn verre voorpost een bewuste keuze was. Die psychologische tactiek werkte wonderwel. In plaats van vol voor schijfwinst te gaan, liet wit zich wegdrukken en kwam zwart tot een sterke aanval.
Ook Fred Elgersma haalde de volle winst binnen in een spannende partij tegen Raphaël Zdoroviak. De in Hannover wonende zwartspeler leek een goede manier te vinden om de witte aanvalslust te temperen en het centrum van de tegenstander in de greep te nemen. Hoewel er op de 28e zet nog een aardige combinatie inzat voor de zwartspeler, zette deze zijn positionele strijd voort. Die bleek niet in zijn voordeel. Wit verloste zich en richtte zijn pijlen met veel succes op de zwakke rechtervleugel.
Van het hele wedstrijdverloop kreeg Egbert van Hattem niets mee. Het was ploeteren geblazen. Tegenstander Jeroen Goudt voelde zich in de opening als een vis in het water. De grote ruil naar het aanvalsveld 24 had zwart onderschat. Erger nog dan de aanval was de zwakke schijf op veld 22 waar wit naar hartenlust omheen kon draaien. De stellingen werden gesplitst en het voordeel van wit was groot. Met plakkers, combinaties en nauwkeurig tempospel slaagde zwart er lang in tegenspel te bieden. Dat was zelfs zo succesvol dat wit overschakelde op plan B, waarbij de schijf op 22 werd geruild en de zwarte stukken toch weer in het spel kwamen. Maar de voorwaartse drang van wit door het centrum was groot.
In de zes-om-zes slaagde zwart er niet in nogmaals de beste zetten te vinden: wit kwam eerder op dam, beheerste de trictrac-lijn en kwam op tweede dam. Daarmee kon Egbert helaas niet voldoen aan de afspraak die hij met Ruurd voor de wedstrijd had gemaakt: samen twee punten halen. Maar de overwinning was gelukkig al lang en breed binnen.