Gelijkspel in Drenthe, winst voor het oprapen

De eerste wedstrijd van het nieuwe seizoen begon in het Drentse Hijken, waar Ons Eerste het tweede team van deze gelauwerde vereniging goed in
bedwang wist te houden. Dit ondanks het feit dat de Harderwijkers met een aantal invallers af moesten reizen. Sterker nog: er werden veel
kansen gecreëerd. Sommige werden verzilverd en andere, zelfs nog op het laatst, om zeep geholpen. Resultaat van de eerste ronde: een 10-10
gelijkspel.

De eerste klap was in ieder geval goed raak. Henry Offenga speelde een strategisch goede klassieke partij tegen Jaap Knipper die eerst rustig
en later te passief speelde. Na de veertigste zet moest zwart alle zeilen bijzetten om een doorbraak over de lange vleugel te beteugelen.
Knipper vond uiteindelijk niet beter dan de weg naar de rand met 43.24-30. Wit zette een dodelijke omhelzing van het zwarte centrum in,
en haalde de winst overtuigend binnen.

Toen Jan Hendrik Kok tegen Rik Smit ook de winst binnenhaalde, leek de weg naar een overwinning helemaal mogelijk. Beide spelers gingen ervoor,
hetgeen resulteerde in een partij waarin zwart zijn korte vleugel liet opsluiten. Een belangrijk moment in de partij was rond de 22e zet.
Hoewel hij het misschien graag had gewild, mocht Rik het centrum niet meteen aanvullen met 18-23 (er zou een desastreuze combinatie zijn
gevolgd die met 34-30 begint), en zwart speelde terecht 9-14. Nu moest wit op zijn beurt op zijn tellen passen: na 34-30 mag hij niet naar 30
slaan, want dan komt zwart op dam.

Jan Hendrik dacht een half uur na en kwam tot de conclusie dat 34-30 toch de sterkste was, maar sloeg natuurlijk wel de goede kant op. (Het
alternatief 34-29 geeft ook zwart kansen.) In het vervolg bleken zijn berekeningen prima te kloppen. Een goed besteed half uur! (25.20-25
levert zwart een slechte stand op.) Dat was een belangrijke constatering, want nu kon juist wit sterk naar 25. De zwartspeler kon
zich niet meer bevrijden en verloor kansloos.

Het was jammer dat Bert Foppen zich niet bij de overwinnaars kon voegen. Hij had een prachtige aanvalsstand opgebouwd tegen Ben Dekens. Maar de
stand was verraderlijker dan je in eerste instantie zou denken. Rond de 41e zet kantelde de stand ineens. Wit liet toe dat zwart de stand kon
splitsen en vervolgens grote druk ontwikkelen tegen veld 27. Een andere afslag had wit grote winstkansen geboden. Wit verloor de partij zelfs.
Menig dammer zou er een slechte nachtrust aan over hebben gehouden. De Drenten maakten gelijk door de overwinning van Kor de Groot op Jaap
van de Werfhorst. Op zet 33 had zwart beter alert 13-19 kunnen spelen waarbij kleine combinaties en lastige varianten wit parten spelen. Een
overgang naar klassiek of omsingeling is daardoor lastig. In de partij nam wit het initiatief over. Jaap overcompenseerde door te snel ook in
de aanval te gaan. De voorpost op 27 ging verloren, en daarna de partij.

DCH kwam toch weer op voorsprong door de overwinning van Kees de Jong op Rob Knevel. Dat gebeurde in een spannende partij waarin zowel wit (veld
36) als zwart (veld 15) de randschijven mooi hadden opgelost. De standen schuurden symmetrisch langs elkaar heen, waarbij de goede verdediging
van de lange vleugel en een sterk centrum beslissend zouden zijn. Zwart speelde te snel de belangrijke verdedigingsschijf op 9 op, waarvan wit
fraai positioneel van profiteerde.

Op bord 7 slaagde Ruurd Wuestman er niet in om de aanvalsdrift van rijzende ster Daniël Boxum in bedwang te houden. De witte strategie
oogde erg wild, en Ruurd had kunnen profiteren door op zet 22 eerst achter te lopen met 14-19 en vervolgens 9-14 waarna wit opbouwproblemen
heeft (33-28 gaat dan niet vanwege dam). Ook in de partij (wit ging naar 23) behield zwart groot voordeel en dreigde de witte stand dodelijk te
omsingelen. Maar wit bevrijdde zich in twee stappen: eerst via 18 en daarna nog een keer via 23. Zwart moest zwaar verdedigen, maar de
Drentse jeugdspeler liet niet meer los en haalde de winst binnen.

De stand was weer gelijk, en bleef dat ook toen René Schaafsma moest toezien dat zijn tegenstander Harry de Groot nog juist voldoende
verdedigende resources had voor een gelijkspel. Daarvoor had de witspeler – die een fraaie flankcentrum-partij afleverde – in het late
middenspel tenminste één opgelegde winstkansen gemist (schijfwinst na 39.2318).

Auke Steensma bouwde aan een prachtige klassieke stand tegen Hans van der Laan, maar ging volgens de computer te snel naar 29. Werken aan
dubbele vleugelcontrole met 44.17-21 was kansrijk geweest voor de winst.

Zoals zo vaak in de sport komt de ploeg die vergeet te scoren vervolgens op achterstand. Maar dat gebeurde de Harderwijkers gelukkig niet. Wout
Mensink haalde knap een punt binnen tegen de sterke Alex Boxum. Aanvankelijk speelde Wout met zwart de halve hekstelling van wit gedegen
tegen, en stond zelfs iets beter. Toch kreeg wit kansen en zette een gevaarlijke ‘aanvalsomsingeling’ in. Maar toen de nood op het hoogst
was, speelde Wout fantastisch. Met een schijfoffer in het centrum probeerde hij tegenkansen te creëren tegen de lange vleugel van wit, en
hield zijn tegenstander aan de andere kant van het bord in bedwang. Wit restte niet beter dan de schijf weer in te leveren en moest in remise
berusten.

Ook het verdedigende werk van Jan Willem Hoeve tegen de Drense troef Jacob Okken was indrukwekkend. In het late middenspel toonde de
internationale meester uit Drenthe aan dat de zwarte schijf op 6 ernstig was achtergebleven. Wit kwam gevaarlijk opzetten en leek Jan Willem te
overmeesteren. Maar in de partij bleek het zwarte tegenoffensief aan de andere kant van het bord juist voldoende voor remise. Zo haalde Ons
Eerste toch nog een verdiend punt mee naar huis: 10-10.