snelle voorsprong. Egbert van Hattem hoefde op bord 8 niet in actie te
komen, omdat de Friezen maar met zeven man afreisden naar Harderwijk.
Die voorsprong werd al snel uitgebouwd toen Jan Willem Hoeve vlot een
schijf voorkwam tegen Reino Joustra die de partij wat wild opbouwde op
de lange vleugel en – waarschijnlijk uit angst voor een opsluiting –
zijn eigen actie aan de andere bordrand niet goed genoeg doorzag. De
Fries kwam al snel een schijf achter en was kansloos.
Een probleemloze overwinning werd het niet voor Ons Eerste. De gasten
uit Friesland speelden gedurfd en aanvallend, anders dan tijdens de
voorbespreking werd vermoed. Dirk Sinnema koos tegen Kees de Jong met
zwart voor een originele aanpak van de Keller-variant met 21-27 en 6-11
op de negende en twaalfde zet. Zoals Jan Hendrik in zijn
analyse-opmerkingen aangaf heeft wit met 12.40-35 een paar interessante
tactische wendingen tot zijn beschikking waarbij zwart goed moet
opletten. In de partij echter had wit zijn tegenstander al snel ernstig
in problemen kunnen brengen door 15.48-42 te spelen. Zwart kan dan niet
met 20-25 verdergaan: dan heeft hij na 46-41 geen goede zet meer (14-20
kan niet vanwege 24-19 en en 29-23). Lastig om te zien, maar wel jammer.
In het vervolg speelde zwart actief op het centrum en wit kwam er
slechts mondjesmaat omheen. Kees nam het zekere voor het onzekere en
stemde terecht in met een vroeg remiseaanbod van zwart.
Tegen Henk Stapert speelde Auke Steensma een gezonde centrumpartij. Na
de veertigste zet kreeg hij echt greep op de stand door zich met het
gedurfde 42.34-29 vrijwillig in de hekstelling te zetten. Er ontstond
meteen een scherpe middenspelpositie waarbij zwart ervoor koos direct
ook veld 16 te bezetten. De witte strategie was duidelijk: sterke
formaties opbouwen en precies goed op tijd 45.27-22 spelen (zwart mag er
niet achter!). Maar winnen zat er niet omdat de zwartspeler handig
gebruikmaakte van de meerslagregel na 47.7-12 enz.
Ook Jan Hendrik Kok kwam er niet beslissend door tegen Bert Oegema die
met wit enigszins wild maar fris naar veld 24 toog. Jan Hendrik koos er
met een ruil voor om de witte aanval overzichtelijk tegen te spelen,
hopend op een counter of te profiteren van wits wat zware korte vleugel.
23.13-19×19 liet hij achterwege omdat wit dan even offert met 29-24 en
na het slaan rustig 40-35 om de schijf weer terug te winnen en zich
daarmee te handhaven op het aanvalsveld. De zwarte stand is daarna
inderdaad niet in balans. In het vervolg van de interessante partij
wachtte zwart even slim met het weer ophalen van de verloren gegane
schijf (met 25.6-11) omdat wit na 9-14 makkelijk 42-37 en 32-28×28 zou
kunnen spelen. Na de schermutselingen trok Jan Hendrik het initiatief
duidelijk naar zich toe. Zwart had met 40.11-16 het drukspel nog kunnen
vasthouden. Na 17-22 kon wit een overzichtelijk afspel afdwingen waarna
de vrede werd getekend.
Daarna gebeurden in de partij tussen Henry Offenga en Arend Dijkstra
spannende dingen die niet goed uitpakten voor Harderwijk. Wit koos op de
25e zet voor 34-30 terwijl een directe aanval op 29 zwart naar de rand
had gedwongen. Ook in de partij bouwde wit grote druk op tegen het
zwarte steunveld op 24. Maar tot een doorslaggevende aanval op de lange
vleugel van zwart kwam het niet (onder meer omdat 33.33-29? niet mag).
Op de 35e zet overrompelde wit zijn tegenstander met een vervaarlijk
maar toch foutief offer: 28-22 en 31-26. Een schitterend idee, maar
winnend bleek het allesbehalve. In plaats daarvan, keek wit na het
sterke 38.13-18 ineens tegen een zo goed als verloren stand aan. Nadat
wit naar 15 was gegaan bleek de functie van de schijf op 18 pas echt:
wit kan niet snel oprukken naar 25 en moet te lang wachten om door te
kunnen breken vanwege één-om-twee zetjes. Henry offerde nog een schijf
maar Arend Dijkstra speelde rotsvast naar winst.
Na de voordelige remises en de verrassende verliespartij had het zomaar
nog anders af kunnen lopen met de totaalscore. Na een prima partij met
centrumoverwicht vergaloppeerde Ruurd Wuestman zich ineens tegen Binne
Brouwer. Hij plaatste met 26.22-28? een als tijdelijk bedoeld offer om
zich niet langer zorgen te hoeven maken over witte tegenacties over
rechts. Zwart had met 38.12-17 de schijf graag teruggewonnen, maar dan
zou wit naar veld 14 zijn geglipt. 39.42-37! was dus een ijzersterke
reactie van wit. Met een schijf achter bleef Ruurd doorknokken en dwong
zijn tegenstander om het helemaal af te maken. De inspanning werd
beloond. Na wit’s 55e zet (14-28?) werd het alsnog remise. Jan Hendrik
vond een mooie winstvariant voor wit (welke trouwens ook weergeeft dat
er nog wel wat hobbels te nemen waren geweest): 14-25! (40-45), 25×43!
(45-50), 22-18 (50-17), 31-26 (29-33), 18-13 (17-3), 16-11 (3-25), 43-49
(33-39A), 11-7 (25-3), 7-1 (3-25), 1-6 (25-30), 6×50 (30×2), 50-11
(2×16), 26-21 (16×32), 49×16 W+
A. (25-30?), 26-21 (30×32), 49×16 (33-39), 16-49 W+
Op bord 2 waren Linze Houwink en Fred Elgersma nog verwikkeld in een
lang en spannend gevecht, vanaf het begin van de partij. Een opvallende
keuze was zwarts 35e zet (13-19) waar hij wit de mogelijkheid geeft om
een twee-om-twee te nemen. In 35.2-8 had zwart een prachtige zet gehad
om het spel blijvend spannend en bovendien in zijn voordeel te behouden.
Dat had na het logische vervolg 40-35 (13-19), 30-24 (19×30), 35×24
(8-13), 38-32 in duurzaam voordeel geresulteerd. Na de ruil op de 36e
zet ontspon zich een complex en spannend gevecht waarbij de Friese
witspeler de zwarte stand knap in toom wist te houden en langzaam maar
zeker tot voordeel kwam. Pas na 51.34-30×30 kon zwart opgelucht
ademhalen en zijn vastgelopen centrumblok naar voren dirigeren.
Met deze zwaarbevochten remise werd zo ook de spannende pot tegen Dokkum
in het voordeel van Ons Eerste beslist, en mag het in deze sterke eerste
klasse nog volop meestrijden voor de allerhoogste plek.